Volgens de jongste cijfers van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN (OHCHR) gaat het om 9444 doden sinds 24 februari vorig jaar, toen de oorlog begon. Er zijn bijna 17.000 gewonde burgers geteld.

De OHCHR meent dat de werkelijke cijfers aanzienlijk hoger liggen, omdat informatie van sommige plekken waar fel wordt gevochten nog niet binnen is en veel aantallen nog moeten worden bevestigd. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de door de Russen veroverde stad Marioepol.

Volgens bevestigde VN-gegevens werden 4358 mannen, 2623 vrouwen, 231 meisjes en 285 jongens gedood. Het geslacht van 29 kinderen en 1918 volwassenen is nog niet vastgesteld.

In de nacht van maandag op dinsdag vielen er weer nieuwe burgerslachtoffers. Door Russische luchtaanvallen in Lutsk kwamen drie Oekraïners om het leven.

Uitgeput

Eerder deze maand meldde Moskou dat er minstens 43.000 Oekraïense militairen zouden zijn gesneuveld of gewond geraakt sinds de start van het Oekraïense tegenoffensief van afgelopen voorjaar. Ook zouden tientallen westerse tanks zijn vernield. De Russische claims kunnen onmogelijk onafhankelijk worden geverifieerd.

Volgens de Russische Defensieminister Sergej Sjojgoe slagen de Oekraïense strijdkrachten er niet in successen te boeken, ondanks de hulp van het Westen. Dat zei Sjojgoe op een conferentie voor internationale veiligheid in Moskou. Hij stelt dat er „niets unieks” is aan westers wapentuig en dat „voorlopige resultaten aantonen dat de militaire middelen van Oekraïne bijna zijn uitgeput”.

Het Oekraïense tegenoffensief heeft volgens westerse waarnemers nog niet de verwachte resultaten opgeleverd. Een zwaar bewapende Russische verdedigingslinie met veel mijnen maakt dat Kyiv traag vordering maakt. Oekraïense troepen slaagden er wel in een aantal dorpen in te nemen en naar eigen zeggen meer dan 200 vierkante kilometer te heroveren op de Russen.

Meer overOorlog in Oekraïne