Het openbaar ministerie acht de voormalig directeur van het (wegen)bouwbedrijf Koop Tjuchem schuldig aan omkoping van een ambtenaar van Rijkswaterstaat. Bos bracht eind 2001 zelf de bouwfraude aan het rollen door aan justitie een schaduwboekhouding te overhandigen.

Officier Van der Meijden zei bij zijn eis hiermee rekening te hebben gehouden. Door de schaduwboekhouding van Bos konden de prijsafspraken in de bouw worden aangepakt, aldus de aanklager.

„Bos heeft geen voordeel genoten, maar eerder nadeel ondervonden van zijn medewerking”, merkte Van der Meijden op. „Desalniettemin heeft hij meegewerkt aan het strafrechtelijk onderzoek.”

De officier noemde de corruptie „maatschappelijk onaanvaardbaar. Om de norm te bevestigen moet Bos gestraft worden voor de omkoping van de ambtenaar J. J.” Bos maakte om commerciële redenen de integriteit van de overheid doelbewust ondergeschikt, aldus de officier.

Volgens de officier heeft Bos zeker één keer een envelop met 5000 gulden aan de ambtenaar overhandigd en een directe tegenprestatie van de ambtenaar was volgens de officier niet te achterhalen. De Rijkswaterstaat-functionaris werd vorige maand veroordeeld tot 240 uur taakstraf. Bos was eerder op de dag nog teruggekomen op zijn verklaring dat hij J. geld had gegeven.

De voormalig directeur van Koop Tjuchem verklaarde in eerste instantie twee enveloppen van zijn superieuren te hebben doorgegeven aan de ambtenaar. In een van die enveloppen zaten vier „groene briefjes”, verklaarde hij.

De voorzitter van de parlementaire enquêtecommissie, Marijke Vos, verklaarde eerder tegenover de rechter-commissaris dat de schaduwboekhouding van Bos cruciaal was. Vos vindt dat de klokkenluider een financiële tegemoetkoming had moeten ontvangen. Het gaat haar te ver om Bos immuniteit voor strafvervolging te verlenen. Ze noemde het optreden van het OM in deze zaak „weinig professioneel.”

De raadsman van Bos, C. Korvinus, pleitte vrijdag voor het niet-ontvankelijk verklaren van het OM. Volgens de advocaat heeft het OM het recht verspeeld om Bos te vervolgen. Korvinus verwijt het OM dat het Bos te lang als getuige heeft behandeld, om hem daarna als verdachte te vervolgen.

De voormalige directeur van Koop Tjuchem benadrukte verder dat de reizen die hij en J. met het bedrijfsvliegtuig van Koop Tjuchem maakte naar onder meer Zwitserland en Schotland zuiver zakelijk waren. Hij weersprak eerdere verklaringen dat de dienstreizen alleen bedoeld waren om de ambtenaar te fêteren.

De spijtoptant zei een pion te zijn geweest die door zijn superieuren werd gebruikt om „verder te gaan” met J. „Het contact was op het randje”, aldus Bos. Hij wilde daarmee niet verder gaan en stapte medio 1997 op bij Koop Tjuchem.