De aanleiding voor de kritiek is een bezoek dat het hoofd van het Rode Kruis van Belarus onlangs bracht aan een Oost-Oekraïens gebied dat door Rusland wordt bezet. Hij gaf er toe dat het Belarussische Rode Kruis van daaruit Oekraïense kinderen naar Belarus zou hebben gebracht. De deportatie van Oekraïense kinderen werd als vakantie omschreven. Volgens de Belarussische oppositie zouden sinds het begin van de oorlog meer dan 2000 Oekraïense kinderen onder dwang naar Belarus zijn gebracht.

IFRC neemt de zaak hoog op en beklemtoont dat de Belarussische acties in strijd zijn met de humanitaire missie en de grondbeginselen van de organisatie. „Deze acties dreigen het vertrouwen te schaden in ons werk om gemeenschappen in nood te ondersteunen, ongeacht wie ze zijn en aan welke kant van de frontlinie ze staan”, reageert IFRC. „Het is essentieel dat alle onderdelen van de federatie onafhankelijk blijven van regeringen en gewapenden.”

Het Internationaal Strafhof in Den Haag heeft al een aanhoudingsbevel tegen de Russische president Vladimir Poetin uitgevaardigd voor de ontvoering van Oekraïense kinderen. Ondertussen zijn er onbevestigde berichten dat Saudi-Arabië en Turkije bemiddelen om te bereiken dat Oekraïense kinderen die naar Rusland zijn gebracht, kunnen worden gerepatrieerd.