EU-landen zoeken toenadering tot Latijns-Amerikaanse vrienden van Poetin
Tot spijt van EU-landen weigert Latijns-Amerika de Russische inval in Oekraïne te veroordelen, bleek op een tweedaagse top in Brussel. Toch zoekt de EU toenadering tot de regio.
Nadat Brussel Latijns-Amerika acht jaar lang weinig aandacht schonk, was de top van maandag en dinsdag zonder meer bijzonder te noemen. EU-landen wilden onder Spaans Raadsvoorzitterschap met een speciale top de relatie met de Gemeenschap van Latijns-Amerikaanse en Caribische Staten (CELAC) nieuw leven inblazen. Een succes, zo verklaarde Ralph Gonsalves, de president van de CELAC de gesprekken. De top zou „leven, richting en betekenis” geven aan een nieuwe relatie tussen de blokken.
Bezorgdheid
De 27 EU-leiders slaagden er echter niet in hun 33 Latijns-Amerikaanse partners ervan te overtuigen om in te stemmen met een slotverklaring waarin de Europese Unie en CELAC de Russische inval in Oekraïne krachtig zouden veroordelen. Nicaragua, Cuba en Venezuela bleken mordicus tegen zo’n veroordeling. „We maken ons wel zorgen over het verschrikkelijke leed, stijgende prijzen en tekorten aan grondstoffen”, zei Gonsalves. Maar harde taal richting Rusland zou volgens hem diplomatiek niet verantwoord zijn.
Latijns-Amerikaanse landen hebben vaker gezegd niet meegesleept te willen worden in het „Europees conflict”, zoals zij dat zien. Of ze staan, zoals de Braziliaanse president Luiz Inácio Lula da Silva, op het standpunt dat Kyiv en Washington minstens net zo schuldig zijn aan de oorlog als Moskou.
Omdat de CELAC bij unanimiteit besluit, zat een veroordeling er niet in. Uiteindelijk uitten de EU en de CELAC wel hun „bezorgdheid” over de oorlog. De blokken „pleiten voor een constructieve oplossing”. Maar voor Nicaragua ging zelfs die verklaring nog te ver.
Ondanks het getouwtrek over Rusland, probeert de EU beste maatjes te worden met de regio nu Peking assertiever wordt. In 2015 haalde China de EU in als een-na-grootste handelspartner. Het handelsvolume tussen China en CELEC was met ruim 300 miljard dollar in 2020 26 keer groter dan in 2000.
Voor landen uit de regio blijkt China een gullere handelspartner dan EU-landen. „Peking heeft decennia succesvol gebruik gemaakt van zijn soft power om de invloed in Latijns-Amerika uit te breiden”, merkte ook het Europees Parlement vorig jaar op in een rapport.
Dat moet anders, vindt Brussel. „Latijns-Amerika, het Caribisch gebied en Europa hebben elkaar meer dan ooit nodig”, zei de voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, maandag tijdens een conferentie met Latijns-Amerikaanse bedrijven. „De wereld krijgt het zwaar te verduren door de Russische agressie in Oekraïne tegen de achtergrond van de groeiende assertiviteit van China in het buitenland.” De Tsjechische minister van Buitenlandse Zaken Jan Lipavský deelt dit standpunt. „We moeten ons inspannen om een monopolie van China te voorkomen en tegenwicht te bieden aan de Chinese investeringen in Latijns-Amerika in de mijnbouw en de verwerking van kritieke grondstoffen. In tegenstelling tot China wil de EU Latijns-Amerika niet tot haar vazal maken”, aldus de Tsjech tegen nieuwsmedium Politico maandag.
EU-landen hebben zelf een praktisch voordeel bij samenwerking. Lidstaten zijn voor de aanvoer van kritieke grondstoffen sterk afhankelijk van de Chinezen. Zo halen EU-landen 97 procent van hun lithium –nodig voor de productie van zonnepanelen– uit China. Om de afhankelijkheid af te bouwen, sloot Brussel eerder dit jaar een voorlopig akkoord met Chili –een land met grote voorraden grondstoffen, waaronder lithium en kobalt.
Zijderoute
De EU wil als tegenhanger van de Zijderoute de Global Gateway uitrollen: een strategie om wereldwijd in infrastructuur te investeren en samen te werken. De EU komt met meer dan 45 miljard euro over de brug om de wederzijdse handel te ondersteunen. Of Latijns-Amerika, vanwege het geld met de EU in zee gaat, is nog maar de vraag. Brussel spiegelt weliswaar concrete leningen en subsidies voor, maar China stelt net zo goed enorme bedragen de regio ter beschikking.
Op de top kwam ook slavernij ter tafel. CELAC-landen eisen herstelbetalingen voor de slavernij in het koloniale tijdperk, inclusief dat Europa akkoord zou gaan met de term „inheemse genocide”.EU-landen vonden die eisen te ver gaan. Wel kwamen de aanwezigen op de top tot een compromistekst waarin ze diepe spijt betuigen voor het „onnoemelijke leed dat miljoenen mensen is aangedaan door de trans-Atlantische slavenhandel”.
Ondanks veel verdeeldheid zetten de EU en Latijns-Amerika ook stappen in de richting naar meer samenwerking. Zo wordt een omvangrijke deal met de Mercosur-landen Brazilië, Argentinië, Paraguay en Uruguay eind 2023 beklonken, verwachtten Rutte en Von der Leyen. En de top wordt vervolgd: over twee jaar in Colombia.