Recordaantal van vier SGP-gedeputeerden in provinciebestuur
De colleges van Gedeputeerde Staten zijn bijna allemaal gevormd. Niet eerder maakten zo veel SGP’ers tegelijk deel uit van de provinciebesturen: Gert Harm ten Bolscher (Overijssel), Harry van der Maas (Zeeland) en de nieuwkomers Klaas Ruitenberg (Gelderland) en Sjaak Simonse (Flevoland). Wie zijn deze nieuwelingen?
„Bodemdaling en verzilting grote uitdagingen”
Omgaan met bodemdaling en verzilting ziet de nieuwe SGP-gedeputeerde Sjaak Simonse (51) uit Ens als zijn grootste uitdagingen voor de komende vier jaar.
De vader van twaalf kinderen is vorige week geïnstalleerd als gedeputeerde namens de SGP in de provincie Flevoland. In zijn portefeuille zitten onder meer de onderwerpen bodem en water, gezondheid en zorg en het klimaat. Dat de keus op hem viel, kwam voor Simonse als een volslagen verrassing. „Het is nooit mijn ambitie geweest om gedeputeerde te worden.”
Ook moest hij er taken voor aan de kant leggen. „Dat doet even pijn, daar moet je doorheen.” Simonse was directeur van oliehandel Bevop VOF in Ens, maar die functie heeft hij enkele weken geleden overgedragen aan zijn zoon. Zijn taak in de kerkenraad blijft hij vooralsnog wel vervullen. Simonse heeft twintig jaar ervaring in de politiek, eerst als commissielid, later als lid van Provinciale Staten. De afgelopen jaren heeft hij zich veel beziggehouden met bodemdaling en verzilting. „Als Statenlid heb ik dat als probleemonderwerpen ervaren”, zegt hij. De gedeputeerde verwacht daar de komende vier jaar „vanaf de andere kant” ook druk mee te zijn.Bodemdaling speelt volgens Simonse vooral in de omgeving van Zeewolde (de buurt Zuidlob) en Emmeloord (Schokland). Gevolg is dat grondwater zo hoog komt te staan –soms tot 20 centimeter onder het bodemoppervlak– dat akkerbouw nauwelijks meer mogelijk is. „Door de hoge waterstand krijgen wortels van planten te weinig zuurstof. De bodem kan zelfs blauw uitslaan. Ook lukt het bewerken van de grond dan niet goed. Als je bij 20 centimeter drooglegging wilt ploegen, stromen de voren vol water.”
De kersverse gedeputeerde ziet ondernemers lijden onder de gevolgen van de bodemdaling. „Flevoland kent veel dure grond met hoge pachtprijzen. Akkerbouwers kunnen de kosten echter niet compenseren met een goede opbrengst. Het vakmanschap is er wel, maar de resultaten zie je niet terug in de oogst. Dat doet pijn.”
Kwel
Een ander probleem in Flevoland is verzilting van de bodem. Dat speelt op andere plekken, onder meer tussen Lelystad en Dronten. Het zout zit in eeuwenoud grondwater diep in de grond, dat als kwel aan de oppervlakte komt. Op sommige plekken is het oppervlaktewater daardoor zó zout, dat beregening niet meer mogelijk is zonder schade aan gewassen te berokkenen.
Bodemdaling en verzilting zijn toenemende problemen, stelt Simonse. Hoe hij deze processen wil keren, weet hij –een week na installatie– nog niet. Wel is hij met Waterschap Zuiderzeeland in gesprek over mogelijke oplossingen.
Hoe hij als SGP’er het verschil gaat maken? „Ik heb geen speciale missie. Maar ik kan het werk niet doen zonder af en toe naar Boven te kijken. Zo heb ik dat ook bij mijn afscheid als Statenlid gezegd.”
„Over vier jaar wil ik Rijnbrug verbreed hebben”
De Rijnbrug tussen Kesteren en Rhenen verbreden ziet de nieuwe SGP-gedeputeerde Klaas Ruitenberg (65) uit Opheusden als zijn belangrijkste ambitie voor de komende vier jaar.„Als ik zie hoeveel mensen dagelijks in de file staan op de Rijnbrug, denk ik: daar moet snel een einde aan komen”, zegt Ruitenberg. Eind juni werd hij geïnstalleerd als lid van het College van Gedeputeerde Staten in de provincie Gelderland. In die rol is hij verantwoordelijk voor onder andere het openbaar vervoer, fietsen en verkeersveiligheid.
Ruitenberg strijdt al jaren voor verbreding van de Rijnbrug, van tweebaans naar vierbaans. In 2011 diende hij als Statenlid een amendement in om dit onderwerp op de agenda te krijgen. Inmiddels hebben de provincies Gelderland en Utrecht en de Rijksoverheid tientallen miljoenen euro’s voor het project gereserveerd. Volgens de gedeputeerde is er nu voldoende geld beschikbaar. Hij hoopt dat de brug over vier jaar, aan het eind van zijn ambtstermijn, verbreed is. „Dat is heel ambitieus, maar wel iets om naar te streven.”
Ook de veerverbindingen over de Rijn en de Waal heeft Ruitenberg hoog op zijn prioriteitenlijst staan. „Veren zijn belangrijk voor de bereikbaarheid en voor het verbinden van fietsroutes.”
Begin dit jaar ontstond er commotie over het wegvallen van subsidies voor veerdiensten. Hierdoor dreigde tariefsverhoging en zelfs het opdoeken van ponten. Om een eind te maken aan de onzekerheid waarin veel pontbazen en exploitanten verkeren, wil Ruitenberg „met voorrang” een structurele oplossing zoeken voor de instandhouding van de veerdiensten. Dit jaar gaat hij beginnen met de eerste aanzet van een plan; volgend jaar wil hij een oplossing gevonden hebben.
Hobby
Ruitenberg stond bijna achttien jaar aan het roer van zorginstelling De Schutse. Dit voorjaar nam hij afscheid. De kennis en ervaring die hij als zorgmanager heeft opgedaan, komen hem van pas bij zijn nieuwe functie, zegt hij. „Besturen –mijn hobby– is mensen in beweging zetten. Daar ben ik altijd druk mee geweest, ook bij De Schutse. Die ervaring kan ik nu gebruiken voor heel Gelderland.”
In een interview met het RD ter gelegenheid van zijn afscheid gaf Ruitenberg aan dat zijn vrouw het fijn vindt dat hij straks wat meer uurtjes thuis is. Wat vindt zij van zijn nieuwe baan? „Ze was heel blij toen ik weer meer thuis was. Maar na verloop van tijd zei ze: „Je hebt te veel energie om thuis te zitten.” Kennelijk geeft op de bank zitten me weinig rust. Dus het is goed dat ik nu zinvolle dingen te doen heb. Overigens is het altijd mijn ambitie geweest om gedeputeerde te worden.”