Gemeenten ver onder gewenste 90.000 opvangplekken voor Oekraïners
Het is gemeenten niet gelukt om per 1 juli 90.000 opvangplekken te realiseren voor Oekraïners zoals staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel) heeft verzocht. Met 78.000 noodopvangplekken zitten ze er zelfs ver onder. Toch is dat voldoende om de mensen die zijn vertrokken uit het door Rusland aangevallen land op te vangen. Want minder Oekraïners zijn vanwege de oorlog naar Nederland gevlucht dan eerder verwacht.
Ondanks de lagere toestroom wil de staatssecretaris nog steeds dat gemeenten naar 90.000 opvangplekken toewerken. Eind augustus komt een nieuwe prognose van het aantal Oekraïense vluchtelingen. Mogelijk wordt het gewenste aantal plekken hierna bijgesteld.
Momenteel staan bijna 95.000 Oekraïense vluchtelingen ingeschreven bij Nederlandse gemeenten. Er zijn 76.000 bedden in de noodopvang in gebruik. Het ministerie van Justitie ziet dat er nog steeds sprake is van een „gestage instroom” en verwacht dat dit zo zal blijven nu de oorlog voortduurt. Wekelijks melden zich nog steeds honderden mensen uit Oekraïne bij gemeenten.