Roker krijgt meer schadelijke stoffen binnen dan meetmethode ziet
Mensen die filtersigaretten roken, krijgen veel meer schadelijke stoffen binnen dan de officiële meetmethode registreert. De werkelijke hoeveelheid teer, nicotine en koolmonoxide in de rook kan tot meer dan vijftien keer zo hoog zijn. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) heeft dat uitgerekend.
Het onderzoek werd uitgevoerd vanwege een rechtszaak die de Stichting Rookpreventie Jeugd had aangespannen. De stichting eist dat de toezichthouder, de NVWA, optreedt tegen de verkoop van sigaretten. De eisers zeggen dat rokers meer schadelijke stoffen binnenkrijgen dan officieel geregistreerd, en daarin krijgen ze nu gelijk.
De overheid gebruikt de zogeheten ISO-methode om de gevaarlijke stoffen bij sigaretten te meten. De eisers willen dat de overheid overstapt naar een andere manier van meten. Die wordt WHO Intense genoemd en is ontwikkeld door de Wereldgezondheidsorganisatie van de Verenigde Naties. Bij die methode neemt een machine vaker een hijs. Ook worden de ventilatiegaatjes in het filter dichtgehouden. Dat gebeurt in het echt ook, omdat mensen daar bij het roken hun vingers of lippen op hebben. „Zo bootst de WHO Intense-methode het gedrag van een roker beter na”, aldus het RIVM.
Het instituut wil nu ook dat de ISO-methode wordt afgeschaft en dat de overheid overstapt op WHO Intense.
Het RIVM heeft onderzoek gedaan naar alle filtersigaretten die in Nederland te koop zijn, waaronder veel verkochte merken als Lucky Strike, Marlboro en Gauloises. Sigarettenrook mag maximaal 10 milligram teer, 10 milligram koolmonoxide en 1 milligram nicotine bevatten. Bij alle merken krijgen mensen meer teer en koolmonoxide binnen dan wettelijk toegestaan. Bij nicotine blijven drie merken binnen de grens.