Sinds dinsdag bereiden zestien chef-koks met Afro-Caribische en Surinaamse roots, samen met medewerkers van de Dienst van het Koninklijk Huis en inwoners van Amsterdam, zevenduizend heri heri-gerechten, die worden verdeeld onder de deelnemende organisaties in Amsterdam.

Heri heri werd op de plantages gegeten door tot slaaf gemaakten en bestaat uit gekookte zoete aardappel, cassave, gele en groene banaan, bakkeljauw en een ei. Het Surinaamse gerecht wordt nu bereid in het paleis dat deels bekostigd is door de slavernij en dat de zetel was van het stadsbestuur dat dit mogelijk maakte. „Natuurlijk kwamen wij met het gevoel: hoe gaan wij deze plek werkbaar maken vanwege die geschiedenis”, zegt Kip. Daarom is eerst een ritueel uitgevoerd door Wintipriesteres Marian Markelo. „We hebben een gebed gedaan, ook met medewerkers van het paleis, om zo samen het verbindingsritueel te doen.”

Claudia Hörster, de directeur van de koninklijke verzamelingen, vindt het „een belangrijke missie voor iedere culturele instelling om een inclusieve geschiedenis te vertellen en echt alle aspecten uit te lichten”. „In het bijzonder op deze plek, waar de geschiedenis zo nauw verweven is met het koloniale verleden in zijn geheel.”

Een van de zestien chef-koks die meehelpen is Nikita Tjon-Affo. „Dit is een initiatief dat je niet aan je voorbij kan laat gaan”, vindt hij. Het is belangrijk „dat er veel meer bewustwording in Nederland komt over het slavernijverleden”, stelt de chef-kok. „Ik denk dat dat ervoor kan zorgen dat we anders naar elkaar gaan kijken.” Chef-kok Bryan Barron vindt het belangrijk om mensen kennis te laten maken met de geschiedenis. „En het mooie is: het is nog lekker ook.”

Niet alleen in Amsterdam worden rondom 1 juli op talloze plekken heri heri-maaltijden uitgedeeld. Dit gebeurt ook in bijvoorbeeld Groningen, Maastricht, Rotterdam, Delft en Zutphen.