Provincies leveren plannen in die zijn omgeven door vraagtekens
De twaalf provincies moeten deze week hun plannen inleveren om via een gebiedsgerichte aanpak te komen tot kwaliteitsverbetering van natuur, water en lucht. Het gaat om een conceptontwerp van het Provinciaal Programma Landelijk Gebied (PPLG), dat de komende maanden wordt beoordeeld door het Rijk en begin volgend jaar moet worden omgezet in een definitieve versie.
Het uitblijven van een landbouwakkoord zorgt ervoor dat heel wat plannen zijn omgeven door vraagtekens. En moeten de stikstofdoelstellingen zijn gehaald in 2035, zoals in de wet staat, of al vijf jaar eerder zoals in het coalitieakkoord staat? Bovendien lijkt de 24,3 miljard euro die het Rijk heeft gereserveerd voor de uitvoering van de plannen niet toereikend, gezien de kostenplaatjes die de provincies hebben opgesteld.
Dit alles zorgt voor onzekerheid. „Het was goed geweest als we konden terugvallen op afspraken die voor heel Nederland zouden gelden”, zei de Overijsselse gedeputeerde Gert Harm ten Bolscher nadat de onderhandelingen over een landbouwakkoord vorige week waren mislukt. „Een goed landbouwakkoord had perspectief en duidelijkheid gegeven. Nu moeten we zelf oplossingen gaan bedenken om het gat dat is ontstaan te vullen.”
Minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof) wil „op of omstreeks” 1 juli alle conceptplannen binnen hebben. Provincies vinden die deadline ongelukkig, omdat ze middenin de overgang naar een nieuw bestuur zitten of nog onderhandelen over een nieuwe coalitie voor de komende vier jaar. Ze spraken de afgelopen maanden vaak de hoop uit dat er voor 1 juli een landbouwakkoord zou zijn. In vrijwel alle provincies wordt nu vlak voor de deadline nog druk gesleuteld aan het plan. Gelderland heeft al laten weten het PPLG pas volgende week in te dienen, na behandeling in de Staten.
Van der Wal erkent dat de provincies te maken hebben met „uitdagende omstandigheden” en dat er „onduidelijkheden en onzekerheden” zijn. De minister denkt echter dat er ook genoeg informatie-uitwisseling is geweest om op hoofdlijnen gebiedsprogramma’s en concrete maatregelen op te stellen. Alle regionale doelen bij elkaar moeten er volgens Van der Wal voor zorgen dat „landelijke verplichtingen” op het gebied van klimaat, water, stikstof en natuur worden gehaald.
Zodra de definitieve gebiedsprogramma’s zijn beoordeeld op doelmatigheid en uitvoerbaarheid, kunnen de provincies geld uit het transitiefonds aanvragen om hun plannen uit te voeren. Volgens het ministerie, dat een verdeelmechanisme heeft opgesteld, moeten de provincies het echt doen met de gereserveerde 24,3 miljard, ook al overstijgen hun wensen dat bedrag.