De opperrechters verwierpen maandag het beroep van de Charter Day School in Leland (North Carolina) tegen een eerdere uitspraak van een lagere rechter, die de rokregel strijdig met de constitutie noemde.

Bij de uitspraak van die rechter ging het om het verzet van enkele ouderparen en hun dochters tegen de kledingregels die sinds 2016 op de school gelden. Meisjes zijn verplicht tijdens de lessen een rok te dragen die minimaal tot op de knie reikt. Het dragen van pantalons door meisjes is op de school verboden.

De bezwaren van het drietal ouders en hun dochters hiertegen zijn dat de rokregel meisjes bij spelactiviteiten tijdens pauzes minder bewegingsvrijheid geeft; dat –vooral in de herfst en de winter– de lange broek beter bescherming biedt tegen regen en kou en dat de individuele vrijheid en smaak van een leerlinge wordt beknot. Bovendien zou, wanneer meisjes een rok dragen, bij jongens het idee kunnen postvatten dat zij superieur aan de meisjes zijn.

Wederzijds respect

In 2022 stelde de rechter de klagende ouders en hun dochters in het gelijk. Aparte kledingregels voor meisjes noemt die rechtbank discriminerend en in strijd met de grondwet. Een onderwijsinstelling die door de overheid gesubsidieerd wordt, is volgens de rechter ook verplicht zich aan die grondwettelijke regels te houden.

De Charter Day School in Leland vindt dat ze als particuliere school eigen regels mag stellen, ook als ze overheidsgelden ontvangt. De schoolleiding zegt de kledingregels te hebben ingevoerd om daarmee te onderstrepen dat er onderscheid is tussen man en vrouw.

Volgens de school wordt door de rokregel de vrouw „als het zwakkere vat” geëerd. „Het stimuleert jongens juist om respect jegens meisjes te tonen”, zegt Baker Mitchell, de oprichter van de school. Twee jaar geleden zei hij tegen persbureau Associated Press dat het rokbeleid onderdeel is van de traditionele vorming die leerlingen op de Charter Day School krijgen. „We willen dat jongens ook echt jongen zijn en meisjes echt meisje zijn en wederzijds respect voor elkaar hebben. We willen dat jongens de paraplu voor meisjes dragen en deuren voor hen openen.”

Bovendien wijst de schoolleiding erop dat de rokregel onderdeel is van een „pakket” regels voor gedrag en uiterlijke verzorging. Voor elke kledingregel op school geldt dat ze moet voldoen aan de criteria „matigheid, onderscheidend en passend bij de gelegenheid.”

Na de uitspraak van de rechter, vorig jaar, ging de leiding van de school in Leland in beroep bij het federale hooggerechtshof in Washington. Dat verwierp begin deze week de beroepszaak en gaf de lagere rechter gelijk met zijn bewering dat een aparte kledingregel voor meisjes of vrouwen ongepast onderscheid maakt.