Brabantse boeren begeleid door speciaal team, uniek in Nederland
De provincie Noord-Brabant heeft een speciaal team opgezet om boeren te helpen bij het maken van een keus voor de toekomst. Het team richt zich met name op zogenoemde piekbelasters, bedrijven die over een verre afstand veel stikstof uitstoten. In Brabant gaat het daarbij om zo’n 250 tot 300 bedrijven, waarvan een kwart melkveehouders, een kwart pluimveehouders, 40 procent varkenshouders en de resterende 10 procent houders van melkgeiten. Volgens de Brabantse landbouwgedeputeerde Elies Lemkes-Straver (CDA) is de aanpak in Brabant uniek in Nederland.
„We begeleiden de ondernemers niet alleen bij het maken van een keus, maar ook nadat die keus is gemaakt”, zei Lemkes-Straver woensdag tijdens de presentatie van de Brabantse plannen voor de aanpak van piekbelasters. Ze zei dat het al bestaande ondersteuningsteam voor agrarisch ondernemers van 6 naar 25 mensen wordt uitgebreid. „Het is uniek dat wij dit als provincie samen met het Rijk doen. Andere provincies laten die begeleiding aan het Rijk over. Wij willen dit echter op een warme manier doen. Het team gaat het gesprek aan met ondernemers om te kijken wat het best passend is; extensiveren, omschakelen, innoveren, verplaatsen of stoppen. Het toekomstperspectief van de ondernemer blijft centraal staan.”
Het team bestaat volgens Lemkes-Straver uit ervaren mensen die de boeren kennen. Gedeputeerde Erik Ronnes (stikstof, CDA) zei dat het team vanaf 17 juli beschikbaar is. „We hebben als provincie de regie gepakt. Het team is overigens niet alleen voor piekbelasters beschikbaar en gaat niet alleen ondernemers begeleiden die willen stoppen.”
Een groot aantal boeren twijfelt nog, zei Ronnes, mede door de houding van het Rijk. „Vandaar dat wij het Rijk oproepen: wees duidelijk, de onzekerheid moet weg.”
Lemkes-Straver zei nog dat de piekbelastersregeling wat betreft Brabant een druppel op een gloeiende plaat is. In Brabant „is een flinke hobbel te nemen in gebieden met een forse overschrijding van de stikstofwaarden”, vulde Ronnes aan.
Beide gedeputeerden zeiden dat niet alleen naar stikstof, maar ook naar onder meer water moet worden gekeken om de natuur te verbeteren.