Plan De Jonge voor betaalbare koopwoning dreigt te stranden
Een meerderheid in de Tweede Kamer keert zich tegen een voorgenomen wijziging van de Huisvestingswet. Daarmee zou minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) gemeenten de mogelijkheid hebben willen geven om koopwoningen tot 355.000 euro beschikbaar te stellen aan een door hen nader te bepalen doelgroep, bijvoorbeeld mensen met een lager of middeninkomen.
Mede vanwege een opmerkelijke draai van de PVV dreigt dit voorstel nu te stranden. Tijdens het debat over de Huisvestingswet eerder deze week stond PVV-Kamerlid Kops nog achter het voorstel van De Jonge. Donderdagmiddag zag het Kamerlid zich echter genoodzaakt terug te komen op zijn standpunt. „De PVV is er tegen dat gemeenten bepalen aan wie de eigenaar zijn huis mag verkopen. Daarom steunen we het amendement van de VVD om de Huisvestingswet niet te laten gelden voor alle bestaande woningen, maar alleen voor nog te bouwen woningen. Anders stemmen we tegen de Huisvestingswet”, liet hij via een bericht op Twitter weten.
De PVV sluit zich nu aan bij VVD, D66, JA21 en BBB. Deze partijen dienden voorafgaand aan het debat over de Huisvestingswet een amendement in om het plan van minister De Jonge gedeeltelijk te blokkeren. Met steun van de PVV zijn de partijen in de meerderheid.
Keuzevrijheid
VVD, D66, JA21, BBB en PVV vinden het „onwenselijk” dat gemeenten de doelgroep zouden kunnen gaan bepalen door wie bestaande koopwoningen tot 355.000 euro bewoond zouden mogen worden. De partijen keren zich hiertegen omdat ze het een te grote ingreep vinden in de keuzevrijheid van een woningeigenaar. Ook benoemen ze dat een woningeigenaar bij aankoop van zijn huis nog niet bekend was met deze beperkende voorwaarde. Het bezwaar van de partijen geldt alleen voor bestaande koopwoningen, niet voor nieuwbouwwoningen.
Minister De Jonge wilde in de Huisvestingswet laten opnemen dat gemeenten koopwoningen tot 355.000 euro kunnen toewijzen aan een nader te bepalen doelgroep. Dat zouden bijvoorbeeld mensen met een lager of middeninkomen kunnen zijn. In de praktijk zou het zo gaan werken dat iedereen nog steeds elk huis zou kunnen kopen. Echter, een sociale koopwoning zou alleen bewoond mogen worden door iemand die in aanmerking komt voor een huisvestingsvergunning. Gemeenten zouden verantwoordelijk zijn voor de vergunningverlening.
De maatregel zou een „licht prijsdalend effect” kunnen hebben, schatte minister De Jonge in. Het aantal potentiële kopers zou vanwege de vergunningsplicht afnemen. Het effect zou volgens de minister beperkt zijn, omdat er naar zijn inschatting nog genoeg kopers overblijven.
Naar verwachting zal de Tweede Kamer dinsdagmiddag stemmen over de Huisvestingswet.