Pierre Manent: Geloof voor moderne mens nog steeds toegankelijk
Blaise Pascal pakt je stevig bij je jasje, zo ervoer de Franse politiek filosoof Pierre Manent. Het geloof dat Pascal verwoordde, is voor moderne, geseculariseerde mensen nog steeds een mogelijkheid, zo betoogt hij in zijn recente studie over Pascal.
U schreef vooral boeken over politieke filosofie, en nu een boek over Blaise Pascal. Bent u altijd al in hem geïnteresseerd geweest?
„Moderne filosofen hebben mij nooit zo geïnteresseerd. Ik vind hun werken te abstract. Pascal is heel anders. Hij is niet alleen zeer welbespraakt, maar grijpt je ook als het ware stevig bij je jasje, en met heel zijn persoon, zijn leven en zijn gedachten dwingt hij je tot een stellingname. Hij vleit niet, zoals andere filosofen die het belang van onze reine individualiteit benadrukken, maar spreekt je tegen en daagt je uit. Want we moeten ons bekeren.
Ik groeide op in een atheïstisch, communistisch gezin. Maar op het ”lycée” in Toulouse dat ik bezocht, had ik een leraar filosofie die fantastisch lesgaf, Louis Jugnet. Hij was overtuigd katholiek, een thomist zelfs, en hij overtuigde mij ervan dat het christendom iets te vertellen had. Door hem heb ik mij bekeerd tot het christelijk geloof. Sindsdien lees ik ook Pascal. Mijn grootmoeder gaf mij voor het kerstfeest zijn complete werken in de dure Pléiade-editie. Ik was toen een jaar of zeventien.
Ik ben overigens geen thomist geworden. Dat bouwsel van natuur, rede en geloof is mij te harmonieus, te zeker van zichzelf, te massief en te simpel. Er klopte iets niet, naar mijn idee. De wereld is gebroken, en zonder openbaring zullen we onze weg niet vinden. En politiek gezien was het thomisme erg oppervlakkig. Dat laatste is Pascal niet. Hij heeft ook over de politiek veel serieuze dingen te zeggen.”
De actualiteit van Pascal is volgens uw boek onder meer gelegen in het feit dat hij in een tijd leefde waarin twee verschijnselen vorm kregen die nu ons leven bepalen: de moderne wetenschap en de moderne, centrale staat. Wat is het probleem met deze verschijnselen?
„De wetenschap heeft ons veel gebracht, veel kennis. De wereld is er op tal van terreinen dankzij de wetenschap op vooruitgegaan. Maar wetenschap weerhoudt er ons van om over waarheid na te denken. Wetenschap heeft geen visie op het menselijk leven en draagt daarom ook geen ethische richtlijnen aan. Datzelfde geldt voor de politiek. De politiek zet zich in voor een exterieure orde. „Wij brengen vrede, en jullie mogen doen en denken wat jullie willen.” De politiek omzeilt daarmee de vraag naar het goede leven.
Pascal roept in deze situatie de christelijke propositie in herinnering. Het christendom leert ons de ernstige ervaring van wat het is om mens te zijn, wat het leven is, met alle lijden, onrecht, kwetsbaarheid en geluk. Het brengt onze grootheid en ellende bij elkaar: onze hoge komaf en onze diepe val. En het leert ons wat zonde is. In het Griekse denken overheerste de tragedie, het mysterie van het menselijk handelen. Het christelijk geloof gaat verder, dieper: wij zijn geboren in de oorspronkelijke zonde, en zijn verantwoordelijk voor ons doen en laten, goed en kwaad. Dat alleen opent de weg tot een accuraat inzicht in wie wij zijn en hoe we onszelf moeten begrijpen.”
Pascal benadrukt onze sterfelijkheid en kwetsbaarheid. Maar zelfs de coronaepidemie heeft ons niet doen „blozen”, zoals u schrijft.
„We verwachten alles van de wetenschap en de staat. De staat hebben we zelfs een bepaalde volmacht gegeven, een ongelooflijke macht in de naam van onze gezondheid, en die macht heeft tot grenzeloze interventies in ons leven geleid. We mochten niet wandelen in het Bois de Boulogne (een park in Parijs, BJS), mochten niet meer naar de kerk en onze doden niet meer begraven. Er was geen enkele afweging van andere behoeften. Uit angst voor de dood hebben we dat als kleine kinderen geaccepteerd. Die angst bleek sterker dan onze religieuze emoties en behoeften. Dat is door de pandemie aan het licht gebracht.”
Hoe beoordeelde Pascal het optreden van de Rooms-Katholieke Kerk van zijn dagen?
„Zij deed, volgens Pascal, twee dingen fout. Zij veroordeelde de nieuwe wetenschap, terwijl dat niet tot haar competenties behoort. Wetenschap heeft bij Pascal een eigenstandigheid, zij het een begrensde. Tegelijkertijd koos de kerk in de theologie wel voor nieuwigheden als de leer van de jezuïeten, die probeerde de religie voor zondige mensen aangenamer en minder aanstootgevend te maken. De kerk was dus te zacht waar zij hard moest zijn –in de leer en de ethiek– en te hard toen zij zacht moest zijn – in de beoordeling van de wetenschappelijke revolutie en het moderne heliocentrische wereldbeeld. Beide beslissingen werden ingegeven door de behoefte om de macht te behouden. Maar zij hebben enorme consequenties gehad. Politiek en wetenschap sloten elkaar in de armen, en kerk en geloof raakten gemarginaliseerd.”
Een beroemde uitspraak van Pascal is dat het hart zijn redenen heeft die de rede niet kent. Wat bedoelt Pascal precies met ”het hart”?
„Hier dreigt het gevaar van een te romantische interpretatie, alsof ons hart de zetel van ons gevoel en onze emoties zou zijn. Hij vraagt niet dat we ons verstand offeren en de irrationele sprong van het geloof wagen. Het hart is een orgaan van richting en de plaats van de ontmoeting met God. Het is ook een plaats van herinnering, een herinnering aan een geluk dat nu voor ons, aan onszelf overgelaten, onbereikbaar is geworden. Ons verstand heeft vele goede redenen om het christelijk geloof serieus te overwegen, maar die verstandelijke redenen zijn op zich niet voldoende. Pascal wil dat we het juiste gebruik van ons verstand leren, vooral door zijn beperkingen in te zien. Hij vraagt onderwerping van het verstand, op grond van de beperktheid van ons verstand en van de redenen die ons hart ons aanreikt. Het hart voelt de afstand tot God maar kent ook het verlangen naar God. We hebben Zijn hulp nodig om de relatie tot God te vinden.”
Zonder de zondeval te erkennen blijft de mens voor zichzelf een mysterie, volgens Pascal. Wat bedoelde hij daar precies mee?
„Moderne mensen praten over het christendom als iets uit het verleden. Ze willen misschien nog wel erkennen dat het christelijk geloof een belangrijke erflater van de Europese cultuur is geweest, maar dat is het dan ook. Bedankt, maar jullie rol is nu uitgespeeld, zo wordt tot christenen gezegd.
Is het christelijk geloof nu nog een mogelijkheid voor moderne, geseculariseerde mensen? Vroeger was het dat wel, al was geloven natuurlijk nooit gemakkelijk. Tegen de moderne aversie tegen de ‘illusies’ van het christelijk geloof, zeg ik met Pascal dat het geloof ook nu nog een mogelijkheid is. Natuurlijk zijn er obstakels. De kern van de zaak is dat de moderne mens autonome vrijheid opeist en zich aan niets hogers wil onderwerpen, al niet aan de wetten van het land zolang die geen instrumenten van zijn wil zijn, laat staan aan God, de natuur, de geboden, instituties.
Maar toch. Iedereen weet en ervaart dat wij als mensen zondig zijn en blijven. We doen niet het goede, we struikelen dagelijks. Alleen de zondeval biedt een verklaring van onze onbekwaamheid om onszelf te corrigeren. Tegelijk is het aandragen van de zondeval natuurlijk schokkend: iets wat lang geleden is gebeurd, stelt ons allen schuldig. We hebben ook geen toegang tot de zondeval, volgens Pascal. Adams aanvankelijke gelukzalige toestand, de aard van zijn zonde en de manier waarop die op ons is overgegaan, zijn zaken die volgens Pascal hebben plaatsgevonden in een heel andere natuurtoestand dan de onze en die ons huidige bevattingsvermogen te boven gaan. Maar zonder dit mysterie is het leven nog mysterieuzer dan het al is. Als we weten van de zondeval, weten we dat we ellendig en verdorven en van God gescheiden zijn, en dat onze verlossing in Christus ligt. Dat alleen verklaart de raadsels van ons leven.
Mensen zijn zuchtend op zoek naar een zin in hun leven. Een gevoel van onbevredigdheid domineert. Het geloof sluit aan op het diepste verlangen dat God in ons hart heeft gelegd. Maar laten we ook niet vergeten dat het geloof zeer veeleisend is. Het dwingt je ieder aspect van je leven te heroverwegen. Mensen willen altijd compromissen sluiten. Maar Pascal houdt ons voor dat we de gehele weg moeten afleggen om echt christen te zijn.”
De Poolse filosoof Leszek Kolakowski sprak in zijn boek over Pascal (”God is ons niets verplicht”) over Pascals trieste geloof. Wat vindt u daarvan?
„Toen ik dat las, ben ik boos geworden. Wie Pascals leven en brieven bestudeert, ontmoet een sobere en strenge man, maar geen verdrietige man. Een boetvaardig mens heeft verdriet over zijn zonden die hem bitter zijn, maar ontmoet nog veel meer vreugde. In zijn ”Memoriaal”, het schriftelijk verslag van zijn bekeringservaring, gaat het daarover. Joie! Joie! Joie! Vreugde, vreugde, vreugde, tranen van vreugde!”
Dit is het slotdeel van een tweedelige serie over Blaise Pascal (1623-1662).