CNV vreest verlies 30.000 banen in agrocluster
Krimp van de Nederlandse veestapel door het uitkopen van boeren kan ruim 30.000 werknemers hun baan kosten. Bijna een derde daarvan werkt op boerderijen, de rest in aanverwante sectoren. Dat heeft vakbond CNV berekend.
Bij aanverwante sectoren gaat het om bijvoorbeeld dienstverlening, distributie, slachterijen, veevoerindustrie en zuivelfabrieken. CNV, dat zijn analyse vrijdag naar buiten bracht, pleit voor een transitieplan om hoge werkloosheid in de agrarische sector te voorkomen. De vakbond vindt dat daarvoor in de uitkoopregelingen die het kabinet deze week bekendmaakte, geld moet worden gereserveerd.
„In de discussie over stikstof en verduurzaming van de landbouw wordt het perspectief van werknemers volledig genegeerd”, zegt CNV-voorzitter Piet Fortuin. „Zeer kwalijk. Tienduizenden banen in de regio staan op het spel, zeker als veel boeren worden uitgekocht. Deze mensen hebben, in tegenstelling tot werkenden in de Randstad, niet direct perspectief op een nieuwe passende baan.”
In de analyse noemt CNV in dit verband Groningen, Gelderland en Friesland. In Friesland bijvoorbeeld kan de grote zuivelindustrie zwaar geraakt worden en zijn er nauwelijks alternatieve banen. Getroffen werknemers zouden voor ander werk naar de Randstad of Noord-Brabant moeten verhuizen. Zo’n verhuizing is volgens Fortuin „ingrijpend en bovendien vaak onbetaalbaar”.
Bij de 30.000 banen die op de tocht staan, heeft CNV de boeren zelf en de zzp’ers in de branche niet meegerekend. Het totale aantal banen dat verloren kan gaan door krimp van de veestapel ligt dus hoger, aldus de vakbond.
Fortuin stelt dat hij in de kabinetsplannen „niets leest” over de werkenden in het agrocluster. „Dit dreigt een vergeten groep te worden die zich niet gezien voelt door het kabinet.”
Verdeling gelden
De CNV-voorzitter ziet het liefst een collectief sociaal plan, waarin de voorwaarden staan over de verdeling van uitkoopgelden tussen werknemers en ondernemers. „We gaan graag met landbouwminister Adema om tafel om een plan voor werk-naar-werkbegeleiding te ontwikkelen.”
De opstellers van de analyse zien voor mensen die hun baan kwijt raken tot nu toe vooral kansen in de zorg en het beroepsgoederenvervoer.