Koninklijk Huis

Oranjes in rouw

Prins Frederik was een oliemannetje. De broer van koning Willem II suste de gemoederen in de Oranjefamilie als die weer eens verhit raakten.

L. Vogelaar
13 June 2023 18:29Gewijzigd op 13 June 2023 18:49
Prinses Beatrix, koningin Máxima, Friso’s dochter Zaria, koning Willem-Alexander, prinses Mabel en haar dochter Luana in 2013 bij aankomst bij de Oude Kerk in Delft voor de herdenkingsdienst voor prins Friso. beeld ANP, Robin van Lonkhuijsen
Prinses Beatrix, koningin Máxima, Friso’s dochter Zaria, koning Willem-Alexander, prinses Mabel en haar dochter Luana in 2013 bij aankomst bij de Oude Kerk in Delft voor de herdenkingsdienst voor prins Friso. beeld ANP, Robin van Lonkhuijsen

Voorafgaand aan zijn bijzetting in 1881 ging het over een andere verzoening: „Wij zijn zondaren en hebben bekering en verzoening nodig. Bekering niet alleen, maar ook verzoening. Verzoening! Is zij reeds ons persoonlijk bezit? Zo niet, o laten wij haar dan zoeken!”

Dat is een andere boodschap dan tijdens recentere uitvaartdiensten van het Koninklijk Huis klonk. Voor zover we weten, want niet elke plechtigheid is openbaar. De uitvaarten van prins Claus in 2002 en van prinses Juliana en prins Bernhard in 2004 waren publiek, maar van de rouwdienst van prins Friso in 2013 staat slechts een kort fragment op internet. De afscheidsceremonie bij de crematie van prinses Christina in 2019 had in besloten kring plaats, zonder voorganger. Het paste bij hun plaats in de luwte die hun positie met zich meebracht én die ze zelf wilden.

19401169.JPG
Bernardo, Nicolas en Juliana in 2019 in de rouwstoet van hun moeder, prinses Christina, op het terrein van Paleis Noordeinde in Den Haag. beeld ANP, Robin van Lonkhuijsen

In laatstgenoemd jaar verschenen de overdenkingen die zijn uitgesproken bij de bijzetting van de Oranjevorsten en -vorstinnen en hun echtgenoten uit de achterliggende twee eeuwen in boekvorm, onder de titel ”Koninklijk afscheid”. Het ging over het levenseinde van twaalf telgen uit het Oranjehuis, van koningin Wilhelmina –echtgenote van koning Willem I– in 1837 tot prins Bernhard in 2004.

Op 15 mei verscheen het vervolg: ”Koninklijk Oranjekind”. Daarin beschrijven prof. dr. Leon van den Broeke en David Hakkenberg leven en sterven van dertien prinsen en prinsessen die niet op de troon kwamen. Elf van hen leefden in de negentiende eeuw, Friso en zijn tante Christina veel recenter.

Prins Frederik (1797-1881) is de eerste die wordt beschreven. Hij was de tweede zoon van koning Willem I, opperbevelhebber tijdens de Belgische Opstand, zwager van de Russische tsaar en schoonvader van de Zweedse koning. Zelf bleef hij prins; het koningschap van Griekenland weigerde hij tot driemaal toe. ”Gentleman naast de troon”, luidt de titel van zijn biografie uit 2015. Een sympathieke man met een stabiel karakter en een groot verantwoordelijkheidsgevoel, schrijven Van den Broeke en Hakkenberg over hem. Hij had een goede reputatie, niet alleen in de familie, maar ook in het land en ver buiten de landsgrenzen.

Reveil

Prins Frederik gaf 65 jaar leiding aan de vrijmetselaars. Tegelijk zat hij wekelijks onder het gehoor van een Reveilpredikant. De hervormd-gereformeerde ds. P. Bartstra Szn. –op z’n Fries: P.S. Bartstra– sprak de eerste overdenking uit voordat de prins naar zijn laatste rustplaats werd gedragen. De Wassenaarse predikant hield de koninklijke familie de noodzaak van bekering en verzoening voor. „Al dicteren dan Gods wet en onze consciëntie ons nog zovele en nog zo grote en snode zonden, de eengeboren Zoon des Vaders, Die Heiland is, heeft gesproken en zal Zijn woord aan ons bevestigen: Al wie tot Mij komt, zal Ik geenszins uitwerpen.”

19401192.JPG
Koningin Emma, in rouwkleding na het overlijden van kroonprins Alexander, met het jonge kroonprinsesje Wilhelmina, die zich nog niet bewust was van de taak die ze 50 jaar zou vervullen. beeld RD

De vele kindersterfte in de negentiende eeuw ging de koninklijke hoven niet voorbij. In het gezin van de latere koning Willem I werd dochter Pauline slechts zes jaar oud. Vier maanden eerder was haar broertje levenloos geboren. Hun zus Marianne werd 73, maar ook haar einde kwam.

Verwoest

Over al deze telgen uit het Oranjehuis verzamelden de auteurs gegevens en illustraties. De overdenkingen tijdens de rouwplechtigheid zijn in het boek integraal afgedrukt, voor zover ze bewaard gebleven zijn.

Prins Alexander, zoon van de latere koning Willem II, werd slechts 29 jaar. „De vreselijke dokter Everard onderschatte zijn lijden, dacht dat hij teringlijder was en slaagde hem te verwoesten”, noteerde Alexanders schoonzus, niet erg vleiend. Opmerkelijk detail is dat Willem II en zijn vrouw de uitvaart van hun zoon niet bijwoonden.

Alexanders broer –later koning Willem III– was nog maar vier weken kroonprins toen in 1840 zijn zoon Willem werd geboren. Bij de doop in de Haagse Kloosterkerk waren vier generaties bijeen: Willem I, II, III en de baby: de prins die nooit koning Willem IV zou worden, omdat hij eerder dan zijn vader stierf. „Grijze vorst”, zei dr. C.E. van Koetsveld in 1879 bij de begrafenis, hoewel vader Willem III nog maar 62 was. „Nog eenmaal getuige en deelgenoot van de nationale rouw! O! ’t is wel de schaduw van een lang leven, er zovelen te overleven”, vervolgde de Haagse hofprediker.

„Nog eenmaal”, maar het was de laatste keer nog niet: in 1884 overleed ook de andere koningszoon, weer een Alexander, en toen was aan het hof alleen de driejarige Wilhelmina nog over. Meer dan een halve eeuw hing het voortbestaan van de Oranjedynastie aan een zijden draad. De foto op de voorpagina van dit katern toont koningin Emma, in rouwkleding na Alexanders overlijden, met het jonge kroonprinsesje naast zich, dat zich nog niet bewust was van de taak die ze vijftig jaar zou vervullen.

Boodschap

Van de vier dochters van koningin Juliana overleed de jongste als eerste. Prinses Christina maakte haar eigen keuzes, ook voor na haar levenseinde: geen balseming, geen bezoekers met rouwkleding, geen begrafenis, geen toespraak door een predikant.

Tijdens eerdere uitvaartplechtigheden klonk een boodschap, zoals van dr. Van Koetsveld in de Nieuwe Kerk in Delft toen prins Frederik er in 1881 werd bijgezet: „Broeders, wie en wat gij ook zijt! die vrede des geloofs ga met ons van de graven, en God zij ons allen in leven en sterven genadig! Amen.”

Koninklijk Oranjekind, Leon van den Broeke en David Hakkenberg; uitg. De Banier; 143 blz.; € 27,50

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer