Barneveld is nu in afwachting van de raadsvergadering die vanavond wordt gehouden. Daarin wordt waarschijnlijk een motie van wantrouwen tegen het college in stemming gebracht. Nu wethouder Barten is opgestapt, overweegt ook de SGP-fractie daar haar steun aan te verlenen. In dat geval lijkt de val van het college onafwendbaar.

De gemeente bracht het nieuws van Bartens aftreden maandagmorgen naar buiten. Barten ontkent te vertrekken naar aanleiding van het vorige week verschenen rapport van de onderzoekscommissie Veller.

Barten schrijft aan de burgemeester dat „ook het belang van het besturen van de gemeente en van de SGP hun plaats hebben gehad.” Hij onthoudt zich verder van commentaar.

SGP-fractievoorzitter G. Schotanus ontkent dat er door zijn fractie druk is uitgeoefend op Barten. Schotanus: „Het is een persoonlijke beslissing van hem die ik zeer betreur. Van ons had dit zo niet hoeven gaan.”

Hij erkent dat het vanavond wel moeilijk voor de wethouder zou zijn geworden. „Toch had het anders gekund, en beter.” Schotanus zegt te willen benadrukken dat hij het vertrek van Barten als een „puur gemis” ervaart. „Hij was een buitengewoon bekwaam politicus met meer dan twintig jaar ervaring.”

Barten, die onder meer ruimtelijke ordening beheerde, is de tweede wethouder die het veld moet ruimen in de kwestie rond de mislukte grondaankopen voor woonwijk Veller.

In september trad CDA-wethouder J. W. Bakkenes af, die projectwethouder was voor de toekomstige wijk Veller. Zijn positie werd onhoudbaar nadat bleek dat de gemeente onder zijn verantwoordelijkheid de grondaankopen voor de woonwijk uit handen had gegeven. Bouwbedrijf Van de Mheen ging er met de grond vandoor. Het leverde Bakkenes de toorn van de SGP en ook het eigen CDA op.

Vanavond wordt in de gemeenteraad het rapport van een speciale onderzoekscommissie besproken. Deze bracht vorige week de uitkomsten van haar onderzoek naar buiten. Die bleken vernietigend voor het hele Barneveldse college. Dat had „de actieve plicht om de raad te informeren verzaakt.”

Maandag reageerde het college alvast op de onderzoeksuitkomsten. Het zegt „de systematische informatievoorziening als een leerpunt te zien.” Ook belooft het „een professioneler projectmanagement.”

SGP-fractievoorzitter G. Schotanus zegt in een reactie niet te spreken te zijn over deze reactie van het college. „Het zegt nu alleen onvolledig gecommuniceerd te hebben. Zo ken ik er nog wel een paar.”

Schotanus verwijt het college zich te verschuilen achter de twee vertrokken wethouders. „Die zouden een verkeerd beeld hebben geschapen, zo wordt geschreven. Maar er is natuurlijk meer aan de hand. Door zijn optreden is het hele college buiten de kaders getreden die door de raad zijn gesteld. Daar gaan we vanavond nog wel een paar vragen over stellen.”

Dat er op die vergadering een motie van wantrouwen komt richting in het college, staat voor Schotanus als een paal boven water. Hij wil nog niet zeggen of zijn fractie er steun aan verleent, maar sluit het zeker niet uit. „Dat zal heel sterk afhangen van de antwoorden van het college.”

CDA-fractievoorzitter J. Post is het met Schotanus eens. „Het college zal met heel goede antwoorden moeten komen. Het gaat hem met name om de uitleg van de twee nog zittende wethouders van het originele college, Louman (Pro’ 98) en Fledderus (CDA). „Die zijn niet gehoord door de onderzoekscommissie. Maar als ze op de hoogte bleken te zijn, dan is dat voor ons een groot probleem.”

Het CDA kan zich vinden in het aftreden van wethouder Barten, meldt Post. „Hij had eerder naar buiten moeten komen met zijn deelname aan de stuurgroep Veller. Het leek nu tijdenlang alsof hij daar buiten stond. Pas vorige week bleek dat hij al die tijd in de stuurgroep had gezeten en bij belangrijke vergaderingen aanwezig was geweest. Dat is voor ons onverklaarbaar.”