De Eerste Kamer ging dinsdag akkoord met het wetsvoorstel Uitbreiding bestuurlijk instrumentarium onderwijs waarin dit is vastgelegd. Alleen de SGP-fractie stemde tegen.

Deze nieuwe wet geeft de minister meer mogelijkheden om in uitzonderlijke situaties met een aanwijzing (dwangbevel) op te treden tegen een school. Nu kan de minister zwakke scholen in beperkte mate aanwijzingen geven.

Vanaf komend schooljaar mag de minister ook optreden als de school handelt „in strijd met de zorgplicht voor de veiligheid”. De nieuwe wet regelt verder dat de minister een aanwijzing wegens wanbeheer kan geven als de onderwijsinstelling „structureel of flagrant” handelt in strijd met de burgerschapsopdracht.

Tevens regelt de wet dat de minister een spoedaanwijzing kan geven. Dat kan bijvoorbeeld nodig zijn om de bevoegdheid om diploma’s uit te delen op te schorten bij het vermoeden dat een school sjoemelt met de examens.

Ingrijpen op een school mag overigens alleen als de Onderwijsinspectie heeft vastgesteld dat daar aanleiding voor is. Ook wordt altijd hoor en wederhoor toegepast voordat er maatregelen volgen.

Terughoudendheid

SGP-senator Peter Schalk diende een motie in om de minister te bewegen tot terughoudendheid ten aanzien van de nieuwe formuleringen in de wet. Dat adviseerde de Raad van State ook. Toen Wiersma toezegde dat hij in lijn met het raadsadvies zal handelen, trok Schalk zijn motie in.

Desalniettemin stemde de SGP-fractie tegen de uitbreiding van het bestuurlijk instrumentarium. Volgens Schalk heeft de overheid momenteel voldoende mogelijkheden om in te grijpen als er sprake is van misstanden. Ook vindt hij het kwalijk dat de wet betrekking heeft op de zorgplicht en het burgerschapsonderwijs.

Schalk: „Dan kom je plotseling heel dicht op de inhoud van het onderwijs, en dat raakt nadrukkelijk artikel 23 van de Grondwet. De SGP vindt dat een groot risico.”