Van Toorenburg toonde haar ongenoegen dinsdag tijdens een besloten werkbezoek van minister Hanke Bruins Slot van Binnenlandse Zaken aan Limburg. „Kern voor ons is dat Den Haag zich realiseert dat Nederland groter is dan de Randstad alleen. Daarmee moet in het maken van beleid en verdeling van gelden rekening gehouden worden”, lichtte de woordvoerder van Van Toorenburg woensdag toe.

Het in maart gepubliceerde rapport ‘Elke regio telt! Een nieuwe aanpak van verschillen tussen regio’s’ van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur laat volgens de gedeputeerde zien dat Limburg onderbedeeld wordt. Ze verwacht duidelijkheid van het kabinet.

De provincie wijst onder meer op een langslepend hoofdpijndossier, de Maaslijn: de treinverbinding tussen Roermond en Nijmegen. Die is dringend aan elektrificatie en verbreding toe, maar de renovatie wordt steeds verder vooruit geschoven. Vorig jaar verzuchtte de Limburgse gedeputeerde Maarten van Gaans al dat als die Maaslijn in de Randstad had gelegen, het probleem al lang was opgelost. Maar er zijn meer voorbeelden.

Volgens Van Toorenburg krijgt Limburg in vergelijking met de Randstad te weinig capaciteit aan politie en justitie, om de criminaliteit in de greep te kunnen krijgen. Ook constateert ze dat er structureel meer geld voor cultuur in de Randstad wordt gestoken dan in Limburg. En het landelijk woonbeleid sluit niet aan op de behoefte van Limburg.

De kloof tussen de Randstad en de provincies zou met kansenagenda’s vanuit het Rijk gedicht kunnen worden. Bij zo’n aanpak zou Limburg graag als proefprovincie willen dienen. Daarvoor is een andere manier van besturen nodig, en structureel meer geld, aldus GS. Die extra miljarden zijn nodig voor de aanpak van de zware criminaliteit, cultuur, wonen en openbaar vervoer.