Rechters blijven tot 73 jaar inzetbaar als plaatsvervanger
In de strijd tegen het tekort aan rechters en raadsheren gaat minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming) het wettelijk regelen dat ze tot 73 jaar ingezet mogen worden. De wettelijke ontslagleeftijd ligt op 70 jaar. De tijdelijke regeling die dit al mogelijk maakte, vervalt op 15 juli. Met het wetsvoorstel dat Weerwind heeft ingediend, wordt de inzetbaarheid met drie jaar verlengd.
In die periode wordt bekeken of de inzet van plaatsvervangers structureel kan worden gemaakt.
De inzetbaarheid van deze rechters en raadsheren als plaatsvervangers is volgens de minister nodig, omdat de rechtspraak kampt met achterstanden bij het afdoen van zaken. Dit komt door capaciteitsgebrek.
De leeftijdsgebonden uitstroom van rechters en raadsheren is daar een van de oorzaken van. Steeds meer rechters en raadsheren naderen die wettelijke ontslagleeftijd van 70 jaar. Een deel van hen kiest er bovendien voor om eerder met pensioen te gaan.
„Kwalitatieve en tijdige rechtspraak is essentieel voor het functioneren van onze rechtstaat”, zegt Weerwind. Dat begint volgens hem met de beschikbaarheid van voldoende rechters en raadsheren. „Met de inzet van deze zeer ervaren rechters en raadsheren als plaatsvervanger behouden we hun kennis en kunde en kunnen we de achterstanden, hoge werkdruk en lange doorlooptijden bij het afdoen van zaken dempen.”