Yeşilgöz: Geen ruimere aangifteplicht van seksueel misdrijf
Er komt geen extra wetsartikel in het strafrecht dat het wegkijken en niet ingrijpen door bestuurders of vrijwilligers binnen verenigingen in geval van seksueel misbruik en/of geweld nog explicieter strafbaar stelt.
Dat liet minister Yeşilgöz maandagavond weten aan de Tweede Kamer.
Een motie van PVV-Kamerlid Helder die daartoe opriep, kreeg eerder dit jaar een meerderheid. Yeşilgöz ziet echter al voldoende ontwikkelingen die er „in lijn met de achtergrond van de motie” op gericht zijn slachtoffers beter te beschermen.
Zo heeft de sportsector zelf al een (niet-wettelijke) meldplicht voor bestuurders en begeleiders in geval van (vermoedens van) seksuele intimidatie geïntroduceerd. De Rooms-Katholieke Kerk (RKK) heeft, mede op basis van de bevindingen van de Commissie-Deetman, lering getrokken uit hetgeen heeft plaatsgevonden in het verleden. Vanaf 2014 geldt daarom binnen de RKK al de (niet wettelijke) verplichting seksueel misbruik daar waar het specifiek minderjarigen betreft direct bij het openbaar ministerie of de politie te melden.
Jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instellingen zijn al wettelijk verplicht melding te doen van een calamiteit. Ook voor seksueel misbruik in of rond de school geldt al een meld-, overleg- en aangifteplicht voor besturen.
Daarnaast wordt er gewerkt aan een meldplicht voor ernstige incidenten op scholen, waarbij een melding moet worden gedaan bij de inspectie. Naar verwachting wordt het desbetreffende wetsvoorstel eind 2023 aan de Tweede Kamer aangeboden.
Yeşilgöz roept in herinnering dat één van haar voorgangers, Sander Dekker, in 2018 al onderzoek liet doen naar het verruimen van de aangifteplicht en de bijbehorende strafbaarstelling van het niet-doen van aangifte. Onderzoekers adviseerden hem destijds daarvan af te zien. Hulpverleners zouden bij zo’n verruiming namelijk altijd aangifte moeten doen, ook in situaties waarin bijvoorbeeld andere hulpverlening aan het slachtoffer meer op zijn plaats zou zijn. Daarnaast zou de uitbreiding van de aangifteplicht inbreuk maken op de autonomie van het slachtoffer om zelf aangifte te doen op het moment waarop hij of zij daaraan toe is.
Met eenzelfde argumentatie brachten deskundigen ook een negatief advies uit over het invoeren van een civielrechtelijke meldplicht voor bestuurders van particuliere organisaties. „Zo’n verdere uitbreiding kan voor slachtoffers juist negatieve gevolgen hebben. Zij hebben op deze manier bij voorbaat geen regie meer over het proces van aangifte doen, hetgeen de veilige omgeving waarin melding kan worden gedaan, schaadt. Bovendien bleek dat verenigingen, kerkgenootschappen en stichtingen vaak al preventiebeleid hebben doorgevoerd en maatregelen hebben getroffen om slachtoffers te ondersteunen bij hun hulpvraag”, aldus Yeşilgöz.