Tesla stijgt op Wall Street ondanks terugroepactie in China
Tesla behoorde vrijdag tot de winnaars op de aandelenbeurzen in New York. Beleggers schoven het bericht aan de kant dat de Amerikaanse fabrikant van elektrische auto’s veel voertuigen in China moet terugroepen. De aankondiging van Tesla-topman Elon Musk dat hij een vervanger heeft gevonden voor de functie van hoogste baas bij socialmediabedrijf Twitter, werd positief ontvangen.
Het aandeel Tesla won 2,5 procent. Veel aandeelhouders vinden al langer dat Musk wordt afgeleid door zijn andere bedrijven, waaronder naast Twitter ook ruimtevaartbedrijf SpaceX, en hopen dat hij nu meer aandacht zal besteden aan het autoconcern. Zo moet Tesla van de Chinese toezichthouder zo’n 1,1 miljoen auto’s repareren vanwege een probleem met de versnellingssystemen van de voertuigen. In totaal heeft Tesla tussen 2014 en maart dit jaar bijna 1,13 miljoen auto’s verkocht in dat land.
De algehele stemming op Wall Street bleef verder terughoudend door de onzekerheid over de toekomstige rentestappen van de Federal Reserve. Beleggers hopen dat de centrale bank de rente niet nog verder zal verhogen, nu de inflatie een afkoeling laat zien. Bestuurslid Michelle Bowman van de Fed waarschuwde vrijdag echter dat de rente mogelijk verder omhoog moet als de inflatie hoog blijft en de arbeidsmarkt niet verder afzwakt.
Ook blijven de zorgen over de impasse rond het Amerikaanse schuldenplafond boven de markten hangen. Zo waarschuwde het Internationaal Monetair Fonds (IMF) voor „zeer ernstige repercussies” voor de VS en de wereldeconomie als het land zijn schulden niet kan terugbetalen.
De Dow-Jonesindex noteerde kort na aanvang van de handel 0,2 procent hoger op 33.366 punten. De brede S&P 500 steeg 0,3 procent tot 4141 punten en techgraadmeter Nasdaq klom 0,2 procent tot 12.356 punten.
PacWest Bancorp won 1,5 procent procent. De kleinere Californische bank raakte donderdag ruim een vijfde van zijn beurswaarde kwijt. Die koersval volgde op de aankondiging van de bank dat de deposito’s vorige week waren afgenomen door het nieuws dat de bank zijn opties voor de toekomst onderzoekt. Er heerst al enige tijd onrust rond kleinere Amerikaanse banken, na het omvallen van drie branchegenoten dit jaar.
De euro was 1,0888 dollar waard, tegen 1,0910 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie werd 1 procent duurder op 71,55 dollar. Brentolie kostte 0,9 procent meer op 75,63 dollar per vat.