Oppositie geërgerd over uitstel bijna gratis kinderopvang
Den Haag. Kamerleden van de oppositiepartijen PvdA, GroenLinks, SP, JA21 en Denk zijn er niet over te spreken dat de bijna gratis kinderopvang pas in 2027 ingevoerd wordt.
„Wat kan dit kabinet eigenlijk wel?”, zei SP-Kamerlid Kwint woensdag tijdens een debat met minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid). „Waarom presteert het ministerie van Sociale Zaken al zoveel jaren niet?”, voegde GL-Kamerlid Van der Lee toe. Hij refereerde daarbij aan voorstellen die er tien jaar geleden al waren om het kinderopvangstelsel grondig te hervormen, maar niet werden doorgezet.
Minister Van Gennip werkt aan het nieuwe kinderopvangstelsel. Twee weken geleden liet zij aan de Kamer weten dat de bijna gratis kinderopvang niet per 2025 ingaat. Dat was wel zo afgesproken in het coalitieakkoord. Onder meer grote personeelstekorten in de sector zorgen ervoor dat de bewindsvrouw nu aankoerst op invoering per 2027.
PvdA-Kamerlid Kathmann sprak over een „belofte die ordinair wordt wegbezuinigd. Welk signaal denkt de minister hiermee aan de samenleving af te geven?” Voor de PvdA’er is de kinderopvang cruciaal, want „het is niet alleen een motor voor de arbeidsmarkt, maar ook belangrijk voor gelijke kansen voor kinderen.”
SGP-Kamerlid Stoffer was de enige woordvoerder die het helemaal niet erg vindt dat het kabinetsplan vertraging oploopt. Stoffer vindt de bijna gratis kinderopvang een „belastinggeldverslindend project wat niet doet wat het belooft”. Hij hoopt dat minister Van Gennip zich grondig gaat herbezinnen.
Dat lijkt de bewindsvrouw niet van plan. Zij poogde de Kamer juist gerust te stellen door te betogen dat de vertraging er niet voor zal zorgen dat haar plannen zullen veranderen. Alleen als het vanwege de uitvoering nodig is, kunnen er nog aanpassingen worden gedaan.