In de tentoonstelling zijn vijftig schilderijen en meer dan dertig tekeningen te zien die de kunstenaar maakte in het Noord-Franse dorp Auvers-sur-Oise, waar hij in zijn laatste maanden verbleef. Het Parijse museum Musée d’Orsay leent acht schilderijen uit, waaronder topstukken als De kerk van Auvers-sur-Oise en Zelfportret. Ook komt het portret Adeline Ravoux, een bruikleen uit een privécollectie, voor het eerst naar Nederland, net als het stilleven Bloeiende kastanjetakken uit de Collectie Emil Bührle in Zürich.

Verder zijn ook tien panoramische landschappen uit zijn laatste weken samen te zien, waaronder Velden bij Auvers-sur-Oise (uit het Belvedere Museum, Wenen) en Kreupelhout met twee figuren (uit het Cincinnati Art Museum). Tegelijkertijd is er in het museum een kleinere tentoonstelling te zien, over de eerste en enige ets die Van Gogh maakte.

Aan het eind van zijn leven verbleef Van Gogh vanwege mentale problemen een jaar in een kliniek in het zuiden van Frankrijk, waarna hij in mei 1890 in Auvers aankwam. Hij hoopte dat de nabijheid van zijn broer en de aanwezigheid van dokter Paul Gachet, een bevriende kunstenaar, hem zouden helpen.

Hij was er enorm productief en maakte er enkele van zijn beroemdste schilderijen, zoals Korenveld met kraaien en Dokter Paul Gachet. Ook experimenteerde hij met „nieuwe benaderingen van kleur, penseelstreek, formaten en onderwerpen”, aldus het Van Gogh Museum. „Ondanks de inspiratie die de nieuwe omgeving hem bood, kregen gevoelens van mislukking, eenzaamheid en melancholie steeds meer de overhand. Uiteindelijk verkoos hij zijn leven te beëindigen.” Hij overleed op 29 juli.

Het Van Gogh Museum bestaat in 2023 vijftig jaar. Om dat te vieren zijn er dit jaar drie tentoonstellingen over de kunstenaar, en is er op 2 juni een verjaardagsfeest op het Museumplein. ‘Van Gogh in Auvers-sur-Oise. Zijn laatste maanden’ is de tweede tentoonstelling dit jubileumjaar. De expositie is te zien van 12 mei tot en met 3 september.