Enige kerk van Church of Scotland in Gibraltar staat te koop
Na bijna twee eeuwen verdwijnt de Church of Scotland uit Gibraltar. Het enige kerkgebouw in het Britse overzees gebied, de St Andrew’s Church, staat sinds kort te koop.
De sluiting van de St Andrew’s Church of Scotland maakt deel uit van „radicale hervormingen” in de komende vijf jaar om ervoor te zorgen dat de kerk de salarissen van voorgangers kan blijven betalen en haar oude eigendommen kan behouden, schrijft de krant Herald Scotland.
De eerste steen voor de kerk in het centrum van Gibraltar werd in oktober 1852 gelegd. Het bedehuis was bedoeld als garnizoenskerk voor Schotse soldaten, die deel uitmaakten van een aantal Schotse regimenten die destijds in Gibraltar aanwezig waren. In mei 1854 werd de kerk in gebruik genomen.
Het historische gebouw staat nu te koop voor 1,3 miljoen pond. Het zou geschikt gemaakt kunnen worden om er winkels of woningen in onder te brengen. Wel moet het monumentale karakter behouden blijven, omdat het onder de Erfgoedwet valt.
Laatste dienst
In november werd de laatste dienst in de kerk gehouden. Sir David Steel, gouverneur van Gibraltar, sprak toen de hoop uit dat het een plaats voor christelijke eredienst zou blijven, aldus de Herald Scotland.
De Church of Scotland kampte in Gibraltar met een dalend ledenaantal en voortgaande vergrijzing, waardoor ze het gebouw niet langer kon onderhouden. Ook waren de gevolgen van de Brexit en Covid-19 merkbaar. Uiteindelijk bleek het niet mogelijk de gemeente, die in 1964 ontstond, in stand te houden. Ds. Ewen Maclean was, sinds 2019, de laatste predikant van de Church of Scotland in Gibraltar.
De verkoop van het kerkgebouw volgt op de opheffing van de enige gemeente van de Church of Scotland in Spanje, in de stad Fuengirola, in januari 2022. Deze kerk was tot 2002 verbonden was met de St Andrew’s Church of Scotland.
In 2019 zette de Church of Scotland een proces van hervormingen in. Doel daarvan is dat de kerk in staat blijft „het goede nieuws van Jezus Christus” uit te dragen via „enthousiaste gemeenschappen”. Daarbij is er ruimte om nieuwe „creatieve missieplannen” te ontwikkelen.