„Hij ziet uit van Zijn vaste woonplaats op alle inwoners der aarde.”

God ziet alles. Het is ook niet zo dat Hij het slechts in het algemeen overziet, maar de enkelingen zijn voor Zijn ogen, zodat jonge mensen die opgeroepen worden het weten moeten: „De Heere kent mij bij name en ziet mij.” U, ouders, vrouwen en verloofden, zult het ter harte nemen: „De Heere ziet mijn zoon, mijn man, mijn verloofde.” U, die ten oorlog trekken moet, u zult het eveneens ter harte nemen: „De Heere ziet mijn lieve ouders, mijn lieve verloofde, mijn lieve vrouw en kinderen, die ik thuis achterlaat.”

De Heere ziet alle mensen niet alsof Hij daarbij neutraal zou blijven, maar Hij ziet daarop neer met zorg, zoals wij lezen: „Op de berg des Heeren zal het voorzien worden” (Genesis 22:12). God schouwt met de ogen van een genadig Ontfermer. Hij schouwt als Vader in Jezus Christus, Hij schouwt als een almachtige Beschermer.

Desgelijks schouwt Hij op de vijanden, man voor man, zodat zij niets anders kunnen doen dan wat Hij in Zijn raad Zich voorgenomen heeft; zodat alles wat zich tegen Hem verheft, te schande worden moet. Maar die op Hem vertrouwen, zal Hij redden en beschermen, tot eer van Zijn Naam.

Ik moet het herhalen: wat nu in oorlogstijd geschiedt, gebeurt onzichtbaar tegen de troon van de genade, tegen het heilige, eeuwige Evangelie, om God van Zijn troon, om Christus van Zijn troon te werpen.

H.F. Kohlbrugge, predikant te Elberfeld

(”Van oorlog en vrede, 1940)

De meditaties zoals die sinds 14 april verschenen, waren niet van de Engelse predikant John Owen, maar van dr. H.F. Kohlbrugge (1803-1875), predikant te Elberfeld. Ze verschenen eerder in de bundel ”Van oorlog en vrede”, met tien preken uit de jaren 1859 en 1870/1871.