Europa zal de VS nog wel even nodig hebben
De Franse president Emmanuel Macron gaat de boer op met zijn boodschap dat Europa een zelfstandigere positie moet innemen op het wereldtoneel. In de toespraak die hij deze week tijdens zijn staatsbezoek aan Nederland hield, pleitte hij nog eens voor een sterker en economisch zelfbewuster Europa. Volgens de Franse president moet economische zekerheid dienen ter bescherming „van onszelf, onze identiteit.”
Het is een lijn die Macron al langere tijd met verve uitdraagt. Europa moet naast de Verenigde Staten en China een derde machtscentrum in de wereld worden. Daarvoor is in zijn optiek niet alleen op economisch terrein een zelfstandigere positie nodig, maar ook op het gebied van bijvoorbeeld defensie en technologie. Wat Macron kortom wil is strategische soevereiniteit.
Zijn pleidooi is niet onomstreden. Met name de Noord-Europese landen kiezen liever voor een koers die wel omschreven wordt als open strategische autonomie. Ofwel: zelfstandiger worden, maar zonder daarbij de suggestie te wekken dat de relatie met de Verenigde Staten op de schop moet. De lijn is in dit denken dat totale zelfvoorziening niet haalbaar, maar ook niet wenselijk is.
Er is veel te zeggen voor zo’n middenkoers. De ene realiteit is dat Europa niet blind kan varen op de steun van de Verenigde Staten. Dat is mede onderstreept door de voormalige Amerikaanse president Donald Trump. Hij hekelde bijvoorbeeld –terecht– het feit dat de Europese NAVO-landen in hun defensiebegroting veel te zwaar leunden op de grote bondgenoot aan de overkant van de plas. Zijn opvolger Joe Biden denkt daar overigens wezenlijk niet anders over.
Het tijdperk-Trump liet eveneens zien dat Europa een risico loopt door zich al te zeer te verlaten op Washington. Trump noemde Europa in 2017 bijvoorbeeld een „vijand, erger dan China”. Retoriek, maar zaken als het Europees-Amerikaans Vrijhandelsverdrag TIPP waren in zijn ogen allesbehalve voordelig voor Amerika en daarmee niet heilig. Positief valt te zeggen dat Trump Europa dwong zelfstandiger en volwassener te worden.
Daartegenover is de realiteit dat Europa de Verenigde Staten ten minste nog wel even nodig heeft. Dat wordt alleen al zonneklaar rond de oorlog die nu woedt in Oekraïne. Zonder de interventie en de miljardensteun van Washington had het verloop ervan heel anders uitgezien.
In dat licht is de verontwaardiging over Macrons uitspraken rond Taiwan alleszins begrijpelijk. In de Franse krant Les Échos en op de nieuwssite Politico gaf de president afgelopen weekend aan dat Europa zich niet als een „vazal” moet laten meeslepen in de vete van China en de Verenigde Staten rond Taiwan. Het mag feitelijk waar zijn, maar de Franse krant Le Figaro schreef terecht snedig dat Macron de Chinese president hiermee „een diplomatiek geschenk op een gelakt dienblad” aanbood. Europa is zeker nu niet gebaat bij ruis op de lijn met Washington.