Getouwtrek rond oorlogspaus Pius XII
Nu het zaligmakingsproces van paus Pius XII zijn einde nadert, ontbrandt er een ware strijd tussen historici. Centrale vraag: Hoe goed of hoe fout was de zogenoemde oorlogspaus?
Het Italiaanse dagblad L’Avvenire (een uitgave van de Italiaanse bisschoppenconferentie) opende zaterdag met het nieuws dat Hitler in 1943 paus Pius XII had willen ontvoeren uit het Vaticaan. De Duitse generaal Karl Wolff, verantwoordelijk voor de SS in Italië, verhinderde dat plan. Het verhaal over de ontvoering van Pius XII, die naar Duitsland zou moeten worden overgebracht, is oude wijn in nieuwe zakken. Of, zoals Pius XII-expert Peter Gumpel zegt: „Het is absoluut niet nieuw. Het document waarop het artikel is gebaseerd, verscheen dertig jaar geleden in de Duitse pers.”
Al tijdens de Neurenbergse processen in 1946 vertelde Wolff dat Hitler in het voorjaar van 1943 het bevel gaf Pius XII te kidnappen. Ook daarna dook het verhaal meerdere malen op. Twee jaar geleden schreef historicus en jezuïet Giovanni Sale in het boek ”Hitler, de Heilige Stoel en de joden”: „Wolff kreeg van Hitler de opdracht het Vaticaan te bezetten en de paus mee te nemen, omdat hij in de handen van de geallieerden een politieke invloed zou kunnen uitvoeren.” Sale is redacteur van Civiltà Cattolica, het jezuïtische tijdschrift dat deze week Pius XII (paus van 1939 tot 1958) nog fel verdedigde.
Dat het bericht over Hitlers plan nu weer naar buiten komt, heeft stellig te maken met een oplaaiende strijd tussen historici over de rol van Pius XII tijdens de Tweede Wereldoorlog. Aanvankelijk werd Pius XII beschouwd als een oorlogsheld. Maar dat imago veranderde radicaal toen de Duitse toneelschrijver Rolf Hochhuth in 1963 in een toneelstuk de voormalige paus ervan beschuldigde gezwegen te hebben over de holocaust.
Nog steeds houden voorstanders van Pius XII vol dat de paus de tegenpool was van Hitler, zoals ook zou blijken uit de berichtgeving van L’Avvenire. Bovendien zou de paus er alles aan hebben gedaan om de jodenvervolging tegen te gaan.
In een onder ede afgelegde getuigenverklaring van Wolff staat dat Hitler de paus als „een jodenvriend” beschouwde. Maar de laatste jaren is er een stortvloed aan boeken verschenen waarin Pius XII op niet te mis te verstane wijze wordt aangeklaagd. Pius zou antisemiet zijn, en zou meer bezorgd zijn geweest voor het lot van de Rooms-Katholieke Kerk dan voor dat van de oorlogsslachtoffers. Bovendien heeft hij gedurende de oorlog nooit expliciet over de holocaust gerept.
Het ontbranden van de strijd onder historici heeft te maken met de naderde ontknoping van het zaligmakingsproces van Pius XII. Dat proces is al tientallen jaren in voorbereiding.
Volgens Peter Gumpel, een Duitse jezuïet die fungeert als onderzoeksrechter, krijgt de historische commissie van de congregatie voor de heiligverklaringen in maart beschikking over het dossier. Zij moet bekijken of Pius XII een zogenoemd „zalig leven” heeft geleid. Daarna moet een theologische commissie en een commissie van kardinalen en bisschoppen de zaak bestuderen. Ten slotte neemt Johannes Paulus II, of diens opvolger, een beslissing, afhankelijk of de medische commissie een wonder kan toeschrijven aan Pius. „De zaak kan ongeveer twee jaar in beslag nemen.”
De kans dat het niet tot de zaligverklaring van Pius XII komt, is zeer klein. „Alle zaken die ik tot dusverre onder de hoede heb gehad, zijn tot een goed einde gekomen”, verklaarde Gumpel dinsdag.
Het artikel van L’Avvenire, dat veel aandacht kreeg van de internationale pers, is waarschijnlijk een reactie op de „kwaadsprekerij van de afgelopen weken”, zoals Gumpel zegt. Hij doelt op Alberto Melloni, kerkhistoricus aan het instituut voor religieuze wetenschappen in Bologna, die eind vorig jaar in Corriere della Sera een brief uit 1946 afdrukte waaruit zou blijken dat Pius XII het Franse episcopaat op het hart drukt om joodse wezen die tijdens de oorlog op hun onderduikadres waren gedoopt niet terug te geven aan hun families of joodse organisaties. Sindsdien is in de Italiaanse pers een fel debat gaande onder historici over de vraag aan wie deze brief moet worden toegeschreven en wat ermee zou zijn bedoeld.
Het minste dat gezegd kan worden, is dat de RK-Kerk zich na de oorlog slecht kon verplaatsen in het leed van de joden.
Sommige historici namen in hun haast om het voor Pius XII op te nemen de boodschapper onder vuur. Zo betoogde de kerkhistoricus Andrea Riccardi dat Corriere della Sera een campagne voert om het zaligmakingsproces te blokkeren.
Volgens Melloni is het feit dat men nerveus reageert een bewijs dat de RK-Kerk nog steeds niet in staat is om zelfkritiek te leveren. „Hoe dan ook, ik denk niet dat Pius XII snel zalig wordt verklaard. Maar volgens mij is dat niet mijn schuld”, zei Melloni dinsdag.
Van joodse zijde is negatief gereageerd op de berichtgeving over de tot de RK-Kerk bekeerde joodse kinderen, die in veel gevallen wezen waren. „Als mijn ouders het concentratiekamp niet zouden hebben overleefd, was ik misschien nu een rooms-katholiek priester”, zei Abraham Foxman, voorzitter van de Anti Defamation League een paar dagen geleden tegen het Israëlische dagblad Ha’aretz. Hij vertelde als baby op zijn onderduikadres te zijn gedoopt. Na de oorlog kostte het zijn ouders de grootste moeite om hem terug te krijgen.