Eind vorig jaar werd bekend dat de Nederlandse Spoorwegen, ondanks forse subsidie, 40 miljoen euro per jaar verliezen op twintig regionale spoorlijnen in Nederland. Het gaat om lijnen die de minister graag aan de provincies wil overdragen. Die zijn er echter niet enthousiast over, want de routes zijn verliesgevend. Noord-Holland wil echter met de minister om de tafel gaan zitten.

Het gaat om de lijnen Den Helder-Alkmaar, Hoorn-Alkmaar-Uitgeest, Haarlem-Uitgeest en Haarlem-Zandvoort. De provincie vindt het van groot belang dat er rechtstreekse treinen naar Amsterdam blijven rijden. Als reizigers in Haarlem of Alkmaar moeten overstappen, kost dat 5 tot 10 procent aan reizigers, zegt Noord-Holland.

Volgens de provincie moet de minister ook toestaan dat verschillende vervoerders van hetzelfde spoor gebruikmaken. Peijs heeft dat tot dusverre alleen toegezegd op het traject Alkmaar-Uitgeest. Dat dubbele gebruik van het spoor moet ook op de lijnen Alkmaar-Amsterdam en Haarlem-Amsterdam mogelijk zijn.

GS zeggen het met het ministerie eens te zijn dat de verliesgevende spoorlijnen goedkoper kunnen worden geëxploiteerd. Er ontbreekt echter nog een helder financieel overzicht. Noord-Holland wil daarover praten met Peijs.