De eerdere uitspraak van de rechtbank, die oordeelde dat agenten bij een geëscaleerde aanhouding onrechtmatig geweld toepasten en discriminerende uitlatingen deden in de richting van de twee verdachten, wordt vernietigd. De rechtbank had in dat vonnis geconcludeerd dat het OM geen recht meer had om de vader en zoon te vervolgen, maar het OM ging tegen de uitspraak in hoger beroep. De Rotterdamse rechtbank moet de zaak nu inhoudelijk gaan behandelen.

Op 5 december 2020 raakten agenten, die afkwamen op een overlastmelding in Dordrecht, verwikkeld in een vechtpartij met leden van een gezin. Zij bemoeiden zich met de aanhouding van een omstander die vervelend deed. Een 45-jarige man, zijn zoon (18) en een vrouw van 37 jaar werden opgepakt, omdat ze drie agenten hadden belaagd.

Volgens de rechtbank gebruikte de politie disproportioneel geweld, deed een politieman daarbij racistische uitlatingen en is naar dit laatste pas na aanhoudend verzoek van de verdediging nader onderzoek gedaan.

Het hof erkent dit ook, maar oordeelt dat het OM dit verzuim hersteld heeft door de filmbeelden van de gebeurtenissen aan het dossier te voegen. Dat betekent dat het OM toch ontvankelijk wordt verklaard.

Op de camerabeelden was te horen hoe werd gescholden met racistische termen. Een agent is vorig jaar hierom veroordeeld tot het betalen van een boete.