Rutte vertrouwt erop na kabinetsberaad verder te kunnen komen
Het overleg met de top van het kabinet is „belangrijk”, zei premier Mark Rutte dinsdagavond bij aankomst op zijn ministerie van Algemene Zaken. Hij heeft er vertrouwen in dat „we vanavond weer verder kunnen komen”. Rutte en de andere bewindslieden wilden niets zeggen over welke onderwerpen op tafel komen. Staatssecretaris Hans Vijlbrief (Mijnbouw) ontkent dat D66 het regeerakkoord zou willen openbreken. „Dat is ons huwelijkscontract.”
Rutte, de drie vicepremiers Sigrid Kaag, Wopke Hoekstra en Carola Schouten en hun ‘secondanten’ zijn iets na 19.00 uur aan hun overleg begonnen. Op uitnodiging van Rutte gaan zij onder meer de politieke aardverschuiving bespreken.
De coalitiepartijen VVD, D66, CDA en ChristenUnie gaan analyseren waar de onvrede en het onbehagen in het land vandaan komen. Die hebben zich bij de provinciale verkiezingen vertaald in een monsterzege voor de BoerBurgerBeweging (BBB) en een verlies voor de vier coalitiepartijen. Vooral de eventuele gevolgen daarvan voor het kabinetsbeleid komen ter sprake.
De premier en vicepremiers hebben allemaal een secondant meegenomen. Rutte heeft Mark Habers (Infrastructuur en Waterstaat) bij zich, Vijlbrief vergezelt Kaag. Hoekstra en staatssecretaris Marnix van Rij (Fiscaliteit) schuiven namens het CDA aan en Schouten (ChristenUnie) heeft staatssecretaris Maarten van Ooijen (Volksgezondheid) meegenomen.
Kaag verwacht dat het gesprek wel „een paar uurtjes” zal duren. Wat haar betreft hoeft het beraad niet meteen „iets heel concreets op te leveren”. Op basis van de inhoud wil ze bekijken wat het kabinet anders kan doen en of zaken versneld kunnen worden. Door te handelen kan wat haar betreft vertrouwen worden teruggewonnen. Ze liet zich er niet over uit of de partijen er uit gaan komen. „Eerst zien en dan geloven, maar dat zeg ik altijd.”
Schouten wil niet vooruitlopen op het eventueel openbreken van het coalitieakkoord. „Ik wil eerst een goed gesprek hebben.” Er is volgens haar veel te bespreken. „We moeten de signalen vanuit het land serieus nemen en dan is zo’n gesprek daarbij behulpzaam.”
Minister Hoekstra wilde voorafgaand aan het overleg geen vragen beantwoorden. Dat wil hij pas daarna doen.