De huidige hoge energieprijzen zetten volgens DNB zowel burgers als bedrijven ertoe aan om duurzamere keuzes te maken. De centrale bank noemt als voorbeeld het Nederlandse gasverbruik: die is het afgelopen jaar met 22 procent verminderd. „Duidelijk is dat het prijsmechanisme zonder meer werkt om het gebruik van fossiele brandstoffen te remmen en andere energiebronnen te vinden”, zo staat in het verslag.

Dat „remmen van het gebruik van fossiele brandstoffen” is volgens DNB hard nodig. De centrale bank ziet namelijk dat fossiele brandstoffen „steeds minder vaak de goedkoopste optie” zijn. Daarbij toont de oorlog in Oekraïne aan dat een te grote afhankelijkheid van buitenlandse fossiele bronnen Nederland kwetsbaar maakt.

DNB erkent dat investeringen in fossiele projecten –zoals in vloeibaar gemaakt gas (lng)– nodig zijn om over te schakelen naar een duurzame economie. Die investeringen zouden alleen van tijdelijke aard moeten zijn en dus geen „structureel karakter” mogen hebben.

Daarnaast wijst de centrale bank op de waarschuwing van het Internationale Energieagentschap (IEA) dat er op mondiale schaal meer investeringen nodig zijn om de klimaatdoelen te halen. DNB acht het daarom cruciaal dat wereldwijd „de juiste keuzes” worden gemaakt zodat de huidige energiecrisis „de katalysator van grootschalige verduurzaming” wordt.

DNB raadt de overheid af om bedrijven en huishoudens te veel te compenseren voor de gestegen energiekosten. Want dat kan „de broodnodige verduurzaming vertragen”, zo staat in het rapport.