Meeschrijven met de preek
Het gezinnetje zat in de kerk niet ver van mij vandaan. Ik denk met een bank ertussen, want het was coronatijd. Stilzitten konden de kinderen niet. Maar wat ik zeker geleerd heb in de afgelopen jaren: liever wiebelende kinderen dan bijna géén kinderen in de kerk. Dan maar af en toe een stukje van de preek missen of even om hen heen kijken. Laat ze zich maar thuis weten in de gemeente.
De kinderen hadden elk een schrijfboekje gepakt, zoals ze bij ons bij de ingang liggen. Daarin kan geschreven worden wat we zingen, wat de tekst is en nog wat andere zaken. En thuis mag daarover doorgepraat worden. Het oudste meisje was keurig aan het schrijven, luisterde naar wat de dominee zei en schreef wat van die woorden op.
Het broertje van net een jaar jonger keek met ontzag naar zijn oudere zus. Hij kopieerde als een kleine monnik precies wat zijn zus schreef. Maar wel met een vluchtige blik opzij, want elk moment dat zijn zus het overschrijven merkte, legde ze demonstratief haar arm ervoor. Als grote zus wil je toch graag dat je broertje het al zelf kan. Pa zag het allemaal niet gebeuren, hij luisterde aandachtig.
Het jongste zusje schreef met grote letters, zichtbaar voor de mensen die erachter zaten. Wat volgens haar belangrijke woorden waren in de preek? Eerst schreef ze in grote letters haar eigen naam op. Daarna met nog grotere letters ”papa” en ”mama”. En ik vermoed dat daarna nog geprobeerd werd de andere namen van het gezin te schrijven. Mama hielp even en schreef die erbij. Inderdaad hadden ze zo in elk geval opgeschreven voor wie de preek bedoeld was.
Nadat alle letters dikker waren gemaakt en versierd, was het tijd voor een psalm. En het snoepje daarna was snel verdwenen. Het kleine meisje werd nog onrustiger en pakte het schrijfboekje weer. Ze was een tijdje bezig en hield toen het boekje open, met haar armen hoog boven zich. Hoewel ze snel weer naar beneden moesten, was het duidelijk leesbaar. Onder ”Wat heb je geleerd?” stond met grote letters: ”Ik wil naar HUIS”.
Een beter onderwerp zou ze thuis niet kunnen bespreken. Een huis met hoofdletters. Dan kom je vanzelf uit bij die oudste Broer Die al Thuis is. En Die op aarde geen rust kende. Toen bedacht ik dat ik misschien ook mee had moeten schrijven met de preek. Kinderen leiden af. Maar soms leiden ze ook ergens heen.