De man ging na zijn werk met een paar collega’s richting de coffeeshop. Er zou iets vervelends naar hem zijn geroepen vanuit het groepje van de minderjarigen, waarna de man een kopstootbeweging maakte. Hierop is gevochten, waarbij de toen 15-jarige jongen uit Uithoorn het slachtoffer met een mes heeft gestoken.

Dit deed hij in een situatie waarbij de jongen op de grond lag, „met het slachtoffer boven hem. De jongen werd geslagen door het slachtoffer en tegen het hoofd geschopt door één van de collega’s”. Dit komt voor de rechtbank neer op noodweer. De jongen is ontslagen van rechtsvervolging. Hierbij merkt de rechtbank wel op dat het dragen van een mes op straat niet goed te praten is. „Dat het gevaarlijk was dat hij een mes bij zich had, staat een beroep op noodweer echter niet in de weg.”

Hij en de twee andere minderjarigen zijn daarnaast vrijgesproken van openlijke geweldpleging. De rechtbank ziet twee momenten van geweld vanuit hen: een klap aan de start van de ruzie en het steken door de toen nog 15-jarige jongen. „De rechtbank is van oordeel dat dit losse, op zichzelf staande handelingen zijn geweest.” Hiermee valt het „niet te kwalificeren” als openlijk geweld.

Het Openbaar Ministerie eiste eerder 360 dagen jeugddetentie, waarvan 60 voorwaardelijk, tegen de verdachte van het steken. De maximale celstraf voor een 15-jarige is één jaar jeugddetentie. Tegen de twee andere minderjarigen werden taakstraffen geëist vanwege openlijke geweldpleging.

De zaak vond achter gesloten deuren plaats omdat het ging om minderjarige verdachten.