Berechting van een berouwvolle mensenrechtenschender
Een voormalige Argentijnse marineofficier staat in Spanje terecht voor zijn misdragingen ten tijde van de militaire dictatuur. Adolfo Scilingo hangt een gevangenisstraf van bijna zeven millennia boven het hoofd: 6626 jaar cel wegens volkerenmoord, terrorisme en mishandeling.
In 1997 bekende de oud-marineman tegenover de Spaanse onderzoeksrechter Baltasar Garzon zijn betrokkenheid bij ten minste dertig verdwijningen van vermeende politieke tegenstanders van de Argentijnse junta. Scilingo vertelde bij die gelegenheid honderduit over het functioneren van martelcentra en hoe de marine zich ontdeed van de ontzielde lichamen van zijn slachtoffers door deze vastgebonden aan een blok beton vanuit vliegtuigen in zee te werpen.
Vorige week weigerde Adolfo Scilingo evenwel zijn mond open te doen. Ernstig verzwakt door een hongerstaking, die hij medio december vorig jaar begon uit protest tegen zijn berechting, arriveerde de Argentijn per ambulance bij het tribunaal. Tijdens de eerste zitting raakte Scilingo terstond onwel en kon hij op vragen van zijn rechters geen heldere antwoorden formuleren. Spaanse artsen concludeerden later dat de verdachte zijn flauwte waarschijnlijk had gesimuleerd.
Hoewel niemand twijfelt aan de wreedheden die Adolfo Scilingo samen met anderen in naam van de Argentijnse junta beging, bestaan er juist in het geval van deze officier een aantal verzachtende omstandigheden. De harde aanpak van de Spaanse justitie is misplaatst en zelfs onrechtvaardig.
Adolfo Scilingo reisde in 1997 uit vrije wil en op eigen kosten naar Spanje. Hij deed dit op uitnodiging van rechter Garzon, die hem wilde horen over de gruwelijkheden die zich tijdens de dictatuur hadden afgespeeld in de marineschool voor werktuigbouwkunde ESMA. Hier was een even berucht als gevreesd martelcentrum gehuisvest waar honderden mensen op de meest weerzinwekkende manier hun einde vonden.
De Spaanse rechter, die later verantwoordelijk zou zijn voor de arrestatie van de Chileense alleenheerser Augusto Pinochet in Londen, wilde Adolfo Scilingo niet zo zeer als verdachte ondervragen, maar als getuige. De Argentijnse officier had eerder in zijn land voor grote opschudding gezorgd met de publicatie van een lijvig boek, getiteld ”De vlucht”, waarin hij het functioneren van het ESMA-martelcentrum tot in de gruwelijkste details beschreef.
De titel van het boek verwees naar de reguliere vluchten van marinepatrouillevliegtuigen boven de Rio de la Plata met ladingen dode en halfdode lichamen van ’ESMA-klanten’. Scilingo beschreef, via de pen van journalist Horacio Verbitsky, hoe marineartsen de reeds door martelingen gebroken gevangenen voor elke vlucht zwaar drogeerden en hen vervolgens aan boord lieten slepen door dienstplichtigen die de lichamen aan speciaal hiertoe vervaardigde blokken beton vastsjorden. Op elke doodsvlucht ging een vlootpredikant mee om de officieren die de lichamen in zee moesten werpen geestelijk bij te staan. „Tegenover mij verklaarde deze geestelijke dat de gevangenen een christelijke want pijnloze dood stierven en het ging om vijanden van de staat.”
”De vlucht” is inmiddels toe aan zijn 31e druk. Geen enkel ander boek geeft een vergelijkbaar scherp beeld van de verschrikkingen die zich tijdens de Argentijnse dictatuur voltrokken. Het werk was voor Adolfo Scilingo, die al jaren in gewetensnood verkeerde, een mea culpa. Scilingo was de eerste marineofficier die het gecoördineerde en lugubere stilzwijgen van zijn legeronderdeel doorbrak. Tot op heden is hij een van de weinige militairen uit zijn generatie die de moed toonden de gruwelijkheden van weleer te bekennen. Sinds 1984 bestookt Adolfo Scilingo zijn voormalige superieuren met petities om in het reine te komen en de ruim 5000 politieke moorden toe te geven die zich in de ESMA-kerkers voltrokken.
Zelf arriveerde Scilingo in 1977 op de in het centrum van Buenos Aires gevestigde school, waar hij gedurende bijna een jaar het wagenpark van gestolen bolides beheerde waarmee arrestatieteams van de marine ’s nachts de hoofdstad afstroopten op zoek naar slachtoffers. Twee keer kreeg Scilingo het bevel deel te nemen aan doodsvluchten. Alle officieren, ongeacht hun functie in het militaire apparaat, moesten hun handen vuilmaken aan de onderdrukking, opdat later niemand in staat zou zijn zich onschuldig te verklaren.
Adolfo Scilingo geeft in zijn boek, en met latere verklaringen, toe medeplichtig te zijn geweest aan de dood van ten minste dertig politieke gevangenen. Het uit de school klappen bleef voor hem niet zonder gevolgen. Vrijwel daags na de publicatie van ”De vlucht” belandde Scilingo in de gevangenis op een haastig gefabriceerde aanklacht wegens bankfraude. Hoewel Argentinië zich inmiddels had ontdaan van de dictatuur liet Scilingo’s arrestatie er geen misverstand over bestaan: officieren die spreken, betalen. Het duurde zestien maanden voordat een rechter de aanklacht tegen Scilingo verwierp en hem in vrijheid stelde.
„Scilingo was een beest, maar niet het enige”, stelt parlementslid Alfredo Bravo, die zelf een tijd doorbracht in de kerkers van het militaire regime en daar maandenlang pijnigingen onderging. Bravo herinnert zich dat zelfs de gekozen president Carlos Menem in 1991 Scilingo „een leugenaar” noemde omdat hij met zijn openbaringen onrust in de militaire gelederen aanwakkerde.
„Scilingo’s verklaringen en getuigenissen baren veel voormalige officieren zorgen. Hij praat waar anderen steevast zwijgen. Hij toont berouw waar zijn gewezen kameraden zich geen kwaad bewust zijn. Dat maakt hem misschien niet beter maar verdient wel enig respect”, aldus Bravo.
Volgens zijn Spaanse advocaten voelt Adolfo Scilingo zich bedrogen door rechter Garzon. De Argentijn had voor zijn vertrek naar Madrid weliswaar geen vrijstelling van rechtsvervolging bedongen, maar verkeerde in de veronderstelling dat de rechter hem louter een getuigenverklaring wilde afnemen. Tegenover Horacio Verbitsky zei Scilingo dat het door Garzon voorbereide proces niets anders is dan een poppenkastvertoning. „Scilingo is er inderdaad ingeluisd door de Spaanse justitie in een vertoning die niet echt fraai mag heten. Bovendien vertegenwoordigt hij slechts een klein radertje in een groot systeem”, vindt Verbitsky.
Scilingo moet nu boeten omdat hij uit de school klapte en daardoor de aandacht op zich vestigde. De echte kopstukken en martelmeesters van de dictatuur zitten in Argentinië vast, waar de berechting van foute militairen opnieuw kon aanvangen doordat oude amnestieregelingen nietig zijn verklaard. Inmiddels zitten hierdoor ruim 120 generaals en kolonels van het schrikbewind achter de tralies in afwachting van hun berechting.