Pastors: bewoner nog meer betrekken bij verbeteren Rotterdam-Zuid
Halverwege het stadsverbeteringsproject Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) is het nog geen tijd om op de lauweren te gaan rusten. Dat zei directeur Marco Pastors bij de presentatie van het uitvoeringsplan voor de komende vijf jaar. In de tweede helft van het programma moeten bewoners nog nauwer betrokken worden bij het project. Wat hem betreft gaan de wijkraden, die vorig jaar zijn gekozen, een grotere rol spelen.
Het NPRZ begon in 2012 aan een 20-jarig project voor de verbetering van de woon- leef-, veiligheids- en gezondheidsomstandigheden van de bewoners van Rotterdam-Zuid, een gebied dat net zo groot is als de stad Eindhoven. In het project werken het Rijk, gemeente Rotterdam, woningcorporaties, zorginstellingen, scholen, bedrijfsleven, politie en Openbaar Ministerie samen op veel verschillende gebieden aan een gezonde toekomst.
Aanvankelijk was er een budget van 20 miljoen euro per jaar beschikbaar, maar dat bedrag is inmiddels opgelopen tot 85 miljoen. Daarnaast wordt ook geld van landelijke projecten besteed in het gebied, waardoor onduidelijk is wat het totale bedrag is dat in Rotterdam-Zuid wordt geïnvesteerd.
De afgelopen tien jaar droeg de gemeente 130 miljoen euro bij. „Voor de tweede helft van het NPRZ stijgt dat bedrag naar 265 miljoen”, aldus wethouder Tim Versnel die het NPRZ in zijn portefeuille heeft. Wat hem betreft zijn de doelen voor de tweede helft simpel: „verklein de verschillen en verbeter de opleidingen, het werk en de woningen. We moeten de bewoners duidelijk maken dat de wijk van hun is.”
Belangrijk is volgens Versnel verder het plan voor het terugdringen van het aantal mensen in de bijstand. Hij wil dit bereiken door deze groep inkomenszekerheid en meer persoonlijke begeleiding te geven, vooral aan mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. „Mensen krijgen gegarandeerd op die dag in de maand geld op hun rekening. Ze worden niet zomaar gekort als ze tijdelijk werk hebben. Dat moet voor een hoop minder stress zorgen.”
Het werk van het NPRZ heeft als voorbeeld gediend voor projecten in zeker twintig andere steden, stelt Hedy van den Berk, die namens de woningcorporaties in het bestuur zit. „Zuid gaat vooruit, meetbaar en merkbaar. Er is minder schooluitval, de buurten worden veiliger en daardoor fijner om in te wonen. Ook beginnen meer jongeren aan een opleiding techniek, waar grote behoefte aan is.”
Toch zijn er volgens haar zeker nog grote uitdagingen. „Een groot deel van de particuliere woningvoorraad moet drastisch worden opgeknapt en energiezuinig worden gemaakt. We moeten het tempo van die verbeteringen echt opschroeven.”