Uitspraak over vergoeding zorgmedewerkers met langdurige covid
Mensen die hun baan in de zorg zijn kwijtgeraakt door langdurige en aanhoudende coronaklachten horen of ze alvast een voorschot op een schadevergoeding krijgen. Vakbonden FNV en CNV hebben een kort geding tegen de Staat aangespannen over de compensatie, en de voorzieningenrechter in Den Haag doet woensdag uitspraak.
De zaak gaat over mensen die in 2020 besmet zijn geraakt met het coronavirus, in de eerste en tweede golf. Ze werkten toen in de zorg en kregen het advies dat beschermingsmiddelen als mondneusmaskers niet nodig waren. Ze raakten besmet en kwamen in de ziektewet. Na twee jaar ziekte eindigde hun dienstverband.
Volgens FNV en CNV zijn sommige gedupeerden in zulke grote financiële problemen gekomen dat ze inmiddels hulp van de voedselbank nodig hebben. De vakbonden eisen daarom nu alvast een bedrag van 22.839 euro per persoon.
De Staat zegt niet aansprakelijk te zijn voor de problemen van de voormalige zorgmedewerkers. Ook vinden de landsadvocaten dat een kort geding niet de plek is om over voorschotten en schadevergoedingen te beslissen. Het kabinet wil in april een opzet van een regeling bekendmaken om de gedupeerden tegemoet te komen. Dit is volgens de Staat een „morele verplichting”. FNV en CNV willen daar echter niet op wachten. Bovendien helpt die regeling alleen gedupeerden uit de eerste golf, en dat vinden de bonden niet genoeg.