Chipbedrijf Besi koploper in licht lagere AEX-index
De AEX-index op de beurs in Amsterdam is maandag met een klein verlies gesloten. Chipbedrijf Besi was koploper bij de hoofdfondsen op Beursplein 5. Bij de middelgrote bedrijven op het Damrak zette speciaalchemieconcern Corbion de neergang door. Beleggers waren vooral in afwachting van de verklaringen die de Amerikaanse centralebankpresident Jerome Powell dinsdag en woensdag zal afleggen voor het Congres.
De AEX, die sinds afgelopen zaterdag veertig jaar bestaat, eindigde 0,1 procent in het rood op 759,83 punten. De MidKap was vlak op 1023,01 punten. De hoofdgraadmeters in Frankfurt en Parijs klommen tot 0,5 procent. Londen daalde 0,2 procent.
De koers van Besi ging 2 procent vooruit, gevolgd door zorgtechnologieconcern Philips en vastgoedfonds Unibail-Rodamco-Westfield die plussen tot 1,3 procent optekenden. Staalproducent ArcelorMittal was de grootste daler in de AEX met een min van 1,5 procent. Chemicaliëndistributeur IMCD en levensmiddelenbedrijf Unilever werden tot 1,1 procent lager gezet.
Corbion was hekkensluiter in de MidKap met een min van 2,8 procent. Het aandeel Corbion kelderde vrijdag al bijna 12 procent na publicatie van tegenvallende cijfers. Analisten van Berenberg en Barclays verlaagden daarop hun koersdoelen voor Corbion. Logistiek vastgoedbedrijf CTP stond bovenaan de MidKap met een plus van 3 procent. Biotechnoloog Galapagos werd 2,2 procent meer waard.
In Zürich verloor Credit Suisse 1 procent. De grote Amerikaanse aandeelhouder Harris Associates heeft zijn belang in de door schandalen geplaagde Zwitserse bank verkocht. De investeringsmaatschappij had naar verluidt vorig jaar nog een belang van zo’n 10 procent in de bank.
In Parijs profiteerden de luxegoederenbedrijven LVMH en Richemont van een koopadvies van de Britse bank HSBC, met plussen tot 2,2 procent. Volgens kenners van HSBC kunnen die bedrijven profiteren van de heropening van de Chinese economie en de terugkeer van Chinese toeristen in het buitenland.
De euro was 1,0687 dollar waard, tegen 1,0605 dollar op vrijdag. Een vat Amerikaanse olie steeg 0,2 procent in prijs tot 79,85 dollar. Brentolie werd iets goedkoper op 85,72 dollar per vat.