Washington: Havana-syndroom niet buitenlands of buitenaards
Het is hoogst onwaarschijnlijk dat een buitenlandse „tegenstander” van de Verenigde Staten achter het zogenoemde Havana-syndroom zit. Ook is het fenomeen van uiteenlopende gezondheidsklachten, waarover Amerikaanse diplomaten in meerdere ambassades klaagden, niet buitenaards.
De mogelijkheid dat ‘marsmannetjes’ verantwoordelijk zijn voor het Havana-syndroom, is door Amerikaanse inlichtingendiensten uitgesloten in hun uitvoerig onderzoek van ruim zes jaar naar de oorzaak van de mysterieuze aandoening. Ook is er geen geloofwaardig bewijs gevonden dat een buitenlandse mogendheid een wapen of iets dergelijks heeft dat de kwalen veroorzaakt.
Het syndroom dook in 2016 op bij ambassademedewerkers in Havana, de hoofdstad van Cuba. Daarna werden de klachten, zoals misselijkheid, duizeligheid, migraine en geheugenverlies, in meer landen waargenomen, en ook bij inlichtingenofficieren en familieleden.
De geheime dienst CIA stelde eerder al dat een meerderheid van duizend bekende gevallen „redelijkerwijs kan worden verklaard” door medische aandoeningen of andere factoren, zoals ziektes die nog niet waren vastgesteld bij betrokken personen.
Een van de ooit geuite theorieën is dat Rusland aanvallen uitvoerde met microgolven, maar daar is nooit bewijs voor gevonden. Een andere theorie is dat mensen ziek zijn geworden nadat ze hadden gehoord van de klachten en dachten dat het hun ook overkwam.