LNV: er moet grotere reductie stikstof plaatsvinden
Het kabinet is „druk bezig” met de stikstofreductie, maar erkent dat Nederland nog niet staat waar het zou moeten staan. Dat zegt het ministerie van Landbouw en Natuur in reactie op het rapport van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), waarin staat dat de uitstoot van ammoniak - voor het grootste deel afkomstig van de landbouw - te hoog blijft.
Voorlopig haalt het kabinet niet het doel om in 2030 de stikstofuitstoot rond natuurgebieden drastisch te verminderen, zegt het PBL in het dinsdag gepubliceerde rapport. De komende zeven jaar moet de ammoniakuitstoot nog zeker met 18 tot 33 kiloton extra worden verlaagd om het doel te halen, stelt het planbureau na berekeningen. Het kabinet wil dit bereiken via het aangekondigde Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), maar deze plannen waren voor het planbureau nog niet concreet genoeg om door te rekenen.
Het PBL heeft de voor 1 mei 2022 aangekondigde kabinetsplannen meegenomen, maar de plannen van daarna niet. Het kabinet vindt het dan ook een voorbarige conclusie dat het tekortschiet, gevraagd naar de acties van het kabinet tussen 2019 en 2022. Dat is de periode na het oordeel van de Raad van State in 2019, die toen de Nederlandse stikstofaanpak van tafel veegde omdat die niet voldeed aan natuurbeschermingsregels in de Europese richtlijn. De nieuwste stikstofplannen van het kabinet zijn nog niet door het Planbureau doorgerekend.
„We hebben doelen voor 2025 en 2030 en daar werken we met een (integrale) aanpak naar toe. Daarnaast is de geraamde ammoniak richting 2030 wel gedaald met enkele kilotonnen”, zegt een woordvoerder van het ministerie.
„Uiteraard is dat nog niet waar we willen staan: er moet echt nog een veel grotere reductie plaatsvinden”, zegt de woordvoerder. Het gaat daarbij om zo’n 45 kiloton ammoniak. „Vandaar is er de afgelopen jaren veel gedaan vanuit het kabinet om de uitstoot aan te pakken en heeft het kabinet recent plannen aangekondigd waar we druk mee bezig zijn.”
Zo komen er dit jaar regelingen voor de zogenoemde piekbelasters, zegt de woordvoerder. „De provincies werken gebiedsprogramma’s uit waardoor gebiedsgericht de uitstoot kan worden verminderd voor 2030.” Die programma’s moeten samenkomen in het Nationaal Programma Landelijk Gebied.