Overleg Israël en Palestijnen verdient spoedig vervolg
Hoge vertegenwoordigers van Israël en de Palestijnen pleegden afgelopen weekend spoedoverleg in de Jordaanse havenstad Aqaba. Dat was hard nodig, want door het toenemende geweld op de Westelijke Jordaanoever hebben de spanningen zo langzamerhand het kookpunt bereikt.
Dat er wordt gepraat, is al een winstpunt op zich. De contacten op hoog niveau tussen beide partijen waren de afgelopen tijd tot een absoluut minimum beperkt. In januari zegde de Palestijnse Autoriteit de samenwerking met de Israëlische autoriteiten op veiligheidsgebied op, waardoor ook in dat kader niet langer van overleg sprake was.
De noodzaak van die gesprekken bleek zondag maar al te pijnlijk tijdens het overleg zelf, toen bekend werd dat een Palestijnse terrorist twee Israëliërs in koelen bloede had doodgeschoten op de Westelijke Jordaanoever. Later die avond trokken groepen Joodse kolonisten door het dorpje Huwara, waar de schutter vandaan kwam, en richtten er grootschalige vernielingen aan. Ook maandag werd Israël weer door een aanslag opgeschrikt.
De afgelopen maanden zijn bij Palestijnse aanslagen en Israëlische operaties tientallen mensen om het leven gekomen. Daarmee is 2023 nu al een van bloedigste jaren in het Israëlisch-Palestijns conflict.
De vraag is of de gesprekken in Aqaba –en mogelijk vervolgoverleg in Egypte– de kou voldoende uit de lucht kunnen halen. Beide partijen beloofden alles in het werk te stellen om het geweld te beteugelen. Aan Palestijnse kant is het echter maar de vraag of de sterk verzwakte Palestijnse Autoriteit over voldoende middelen en gezag beschikt om de geest terug in de fles te krijgen.
Aan Israëlische zijde is er enerzijds de noodzaak van bescherming van de bevolking tegen aanslagen, waardoor antiterreuroperaties in Palestijnse steden en dorpen ook in de nabije toekomst zullen worden uitgevoerd. Met alle tegenreacties die deze zullen oproepen.
Anderzijds ziet Israël zich ook geconfronteerd met radicale burgers, die het recht in eigen hand nemen. Dat is een gevaarlijke ontwikkeling, temeer omdat de rellende kolonisten zelfs steun van een Knessetlid kregen. „Dit is wat ik wil zien”, verklaarde parlementariër Zvika Fogel van regeringspartij Otzma Yehudit maandag, in reactie op het in brand steken van Palestijnse auto’s en huizen. „Alleen op deze manier kunnen we afschrikking voor elkaar krijgen.”
Met de islamitische vastenmaand ramadan in het vooruitzicht –vanouds een periode van oplopende spanningen– houdt Israël ernstig rekening met meer geweld.
Het veiligheidsoverleg in Jordanië verdient zeker een vervolg. Want alleen praten biedt werkelijk oplossingen. Maar de gebeurtenissen van de afgelopen tijd laten ook zien dat er hoognodig iets op het grondvlak moet gebeuren. Anders worden de onderhandelaars alleen maar door nieuw geweld ingehaald.