„Daders kunstroof bezochten museum eerder"
De daders van de kunstdiefstal uit het Westfries Museum in Hoorn hebben de dagen voor de roof waarschijnlijk hun buit geïnventariseerd tijdens bezoekjes aan de kunstinstelling. Dat liet de politie vrijdagochtend weten.
Zij is daarom geïnteresseerd in de mensen die tussen vorige week donderdag en afgelopen zondag het museum bezochten en mogelijk de daders hebben gezien. Het gaat om ongeveer zeshonderd mensen, aldus de politie.
De dieven verdwenen zondag met 21 schilderijen en een hoeveelheid zilverwerk. De waarde van de buit bedraagt ongeveer 10 miljoen euro. De politie is ook op zoek naar een handkar. Die stond in de fietsenstalling op de binnenplaats van het museum. De kunstrovers hebben hem vermoedelijk gebruikt om de buit te vervoeren.
Het museum ging vrijdagochtend rond elf uur weer open voor het publiek. De gestolen kunst is voor een groot deel vervangen door foto’s. Op het moment van de heropening was het opvallend rustig bij de instelling. De foto’s zijn onderdeel van de tentoonstelling ’Het geroofde hart van het Westfries Museum’, die drie weken lang gratis is te bezoeken.
Conservator C. de Jong van het museum zei vrijdag dat het hem een raadsel is wat de samenhang is tussen de gestolen kunstwerken. „Er zijn onder meer aquarellen, portretten en landschappen gestolen. Behalve dat het 17e–eeuwse stukken zijn, zie ik geen samenhang."
De tentoonstelling leidt onder meer langs de Admiraliteitskamer. „Hier zijn vier schilderijen gestolen, maar het waardevolste schilderij, waarop Ferdinand Bol Michiel de Ruyter heeft afgebeeld, hangt er nog."
In een andere zaal is een schilderij blijven hangen dat op een plank is geschilderd. „Die kun je niet oprollen, dus meenemen is lastig." Van de gestolen kunstwerken zijn ook de tekstbordjes meegenomen, vertelt De Jong.
De stichting Vrienden van het Westfries Museum lanceerde vrijdag een actie om het museum aan een nieuw topstuk te helpen. Via de verkoop van een poster voor 12,50 euro hoopt de stichting 55.000 euro bijeen te brengen om het schilderij Kustgezicht bij Enkhuizen van de Hoornse schilder Jan Claesz Rietschoof aan te kopen. Bij de inbraak verdween een schilderij van Rietschoof, Havengezicht op Hoorn.