‘Zwarte Cobra’: ik ben heel veel vergeten
„Ik ben heel veel vergeten. Maar over wat ik me herinner, wil ik verklaren.” Dat zei de 71-jarige Henk R., alias ‘de Zwarte Cobra’ maandag bij de start van zijn strafzaak bij de rechtbank in Amsterdam. R. moet zich daar verantwoorden voor een dubbele moord in Antwerpen bijna dertig jaar geleden. Het Openbaar Ministerie ziet hem als opdrachtgever.
Slachtoffers waren de Griekse diamantair en drugshandelaar Henie Shamel (55) en zijn vriendin Anne de Witte (44). Zij werden op 9 mei 1993 kort na middernacht in hun geparkeerde auto onder vuur genomen door twee mannen en overleden enkele dagen later aan hun verwondingen. De moord was een van de zaakdossiers in het grote liquidatieproces Passage. De uitvoerders van de moorden werden in die strafzaak veroordeeld, maar R. niet. Hij zat vanwege een plan om xtc te smokkelen destijds een celstraf van zestien jaar uit in de VS. In 2021 werd hij overgebracht naar Nederland.
Het OM meent dat R. de moord heeft verordonneerd om een miljoenenschuld die hij bij Shamel zou hebben gehad vanwege een onderschepte partij drugs. Volgens een van de getuigen in de zaak heeft hij onder het motto ‘liquideren is goedkoper dan betalen’ zijn schuldeiser laten vermoorden. De Witte liet het leven louter omdat ze bij Shamel in de auto zat.
Voor de rechtbank in Amsterdam zei R. dat hij „absoluut niet” achter de dubbele moord heeft gezeten en beklemtoonde hij dat van een schuld aan Shamel geen sprake was. Shamel vond wél dat hij recht had op geld omdat R. door hem veel zou hebben verdiend. R. schoof hem om die reden al met enige regelmaat kleinere bedragen toe, beaamde hij maandag. „Maar een schuld? Nee.” Zijn advocaat zei eerder al dat er volop aanwijzingen zijn dat niet R., maar de in 2020 overleden drugshandelaar Stanley Kai Esser de dubbele liquidatie destijds heeft gelast.
De rechtbank citeerde maandag uit een lange reeks getuigenverklaringen, waaruit zou blijken dat R. innige banden heeft onderhouden met de drie mannen die in 2017 in het proces Passage werden veroordeeld voor de moord. Aan twee van hen verkocht hij met enige regelmaat handelspartijen drugs, zei R. De derde, de feitelijke schutter, zegt hij niet te hebben gekend. R. ontkende dat hij de mannen gebruikte om geweldsklussen op te laten knappen. „Ik deed gewoon zaken met ze.”
De rechtbank heeft vier dagen voor de zaak uitgetrokken. Maandag neemt de rechtbank alle gebeurtenissen met R. door. De strafeis is dinsdag voorzien.