De wet is volgens minister Rob Jetten (Klimaat en Energie) namelijk „behoorlijk verouderd”, omdat die gericht is op fossiele brandstoffen. In deze plannen gaat het kabinet ervan uit dat de winning daarvan geleidelijk omlaag kan, terwijl er wel wordt gekeken „hoe je mijnbouw bijvoorbeeld kan inzetten voor aardwarmte of waterstofopslag”, aldus de minister. Hij vindt het belangrijk dat de industrie nu duidelijkheid heeft voor de toekomst.

De winning van fossiele brandstoffen op land wordt niet meer toegestaan. Voor olie worden direct geen vergunningen meer verstrekt, voor gas gaat dat wat geleidelijker. Toch geldt dat alleen voor plekken waar de plannen al in een vergevorderd stadium zijn. Nieuwe opsporingsvergunningen zitten er ook voor gas niet meer in.

Op de Wadden worden geen nieuwe vergunningen afgegeven, waardoor er na 2035 geen gas en zout meer gewonnen mag worden. Enige uitzondering is Ternaard, waar de aanvraag al liep. Verder wil het kabinet in de Noordzee juist méér gas gaan winnen, ook om minder afhankelijk te worden van Rusland.

Staatssecretaris Hans Vijlbrief (Mijnbouw) vindt ook dat mensen weer „meer verbinding” moeten krijgen met de mijnbouwbedrijven die in de omgeving actief zijn, zoals vroeger volgens hem wel het geval was. Bedrijven moeten laten zien dat ze overleg gevoerd hebben met de omgeving over hun plannen, inclusief hun plannen voor het opruimen als ze klaar zijn.

De mijnbouw moet met omwonenden, organisaties en de lokale politiek om tafel om bijvoorbeeld afspraken te maken over hun plannen om de omgeving te laten profiteren van hun activiteiten. Het ministerie zegt dat dat bijvoorbeeld kan in de vorm van geld, of door huizen te verwarmen met aardwarmte.