Oudejaarszang
Lukas 2:14a
„Ere zij God in de hoogste hemelen.”
In de wondergeboorte van Zijn geliefde Zoon heeft God allerbijzonderst geopenbaard en verheerlijkt Zijn oneindige wijsheid, waardoor Hij het middel heeft kunnen uitdenken om, zonder krenking van Zijn hoge deugden, de God van de uitverkoren zondaar te worden. „Ere”, zo galmen de engelen uit, „zij Gods wijsheid. Hierin zijn Gods onveranderlijke trouw en wijsheid verheerlijkt, omdat Hij op de heerlijkste wijze Zijn eenmaal gedane beloften heeft vervuld.”
Zo heeft God Zijn onbegrensde macht voor het oog van de wereld willen openbaren, Zijn onkreukbare rechtvaardigheid en heiligheid willen betonen. Zodat Hij, eer Hij de zonden ongestraft zou laten, liever Zijn eerstgeboren Zoon overgaf tot een verzoening der Zijnen. Immers, God heeft Hem voorgesteld tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid. Ere wordt God dus toegebracht in de hoogste hemelen vanwege Zijn wijsheid, macht, rechtvaardigheid en trouw. Maar ook vanwege Zijn gadeloze liefde en barmhartigheid bevestigt God Zijn liefde tot ons dat Christus voor ons gestorven is, toen wij nog zondaars waren. Gods engelen prijzen de innerlijke bewegingen van Gods barmhartigheid, waarmee ons bezocht heeft de Opgang uit de hoogte (Lukas 1:78).
O, heerlijke zangstof: „Ere zij God in de hoogste hemelen!” Zij doet Salems eeuwige woning weergalmen van de lof des Heeren en geen zwakke mensentong is in staat om uit te drukken wat die heerlijke schepselen al bedoeld hebben toen zij gemeenschappelijk die eretoon aanhieven in de velden van Bethlehem.
Ds. D.A. Detmar, predikant te Ede
(”Enige eenvoudige Godvruchtige oefeningen”, 1828)