OpinieOpinie

Politieke kerstgedachtes

Rondom de Kerstdagen lijkt Nederland altijd een stukje mooier, vriendelijker en verdraagzamer. Bedrijven, gemeenschappen en overheden ontplooien bewonderenswaardige initiatieven en dragen zo hun steentje bij aan onze samenleving. Hoe divers in vorm en karakter ook, in de kern komen al deze initiatieven op hetzelfde neer: omzien naar elkaar door middel van een klein gebaar.

Maarten van Nieuw Amerongen
28 December 2022 08:52
„De periode tussen Kerst en oud en nieuw is voor gelovigen én niet-gelovigen een periode van bezinning. Het is nooit zo donker of er is wel érgens een lichtpuntje te ontdekken.” beeld EPA, Idrees Mohammed
„De periode tussen Kerst en oud en nieuw is voor gelovigen én niet-gelovigen een periode van bezinning. Het is nooit zo donker of er is wel érgens een lichtpuntje te ontdekken.” beeld EPA, Idrees Mohammed

De periode tussen Kerst en oud en nieuw is voor gelovigen én niet-gelovigen een periode van bezinning. Hoe donkerder de decemberdagen, hoe vuriger de wens dat „de betere engelen van onze natuur” (naar Abraham Lincoln, inaugurele speech 1861) in het nieuwe jaar zullen zegevieren. Hoe naargeestiger het voorbije jaar, hoe meer behoefte om stil te staan bij de aanknopingspunten en doorbraken die er wel waren. Het is nooit zo donker of er is wel érgens een lichtpuntje te ontdekken, zelfs voor de meest zwartgallige pessimist.

Onze landelijke politici houden kerstreces tussen vrijdag 23 december en maandag 16 januari. Reces is geen vakantie. De echte workaholic Kamerleden werken deze dagen extra hard om bijvoorbeeld een initiatiefwetsvoorstel te schrijven. Volksvertegenwoordigers grijpen de vergadervrije periode aan om inspirerende werkbezoeken af te leggen of om een buitenlandse reis te maken. Er gaat geen dag voorbij, of je wordt prettige, zalige of gezegende dagen toegewenst. Stiekem hoop je dan dat de dames en heren politici hun Kerstgedachte ook het nieuwe jaar mee innemen.

Iets van zo’n prille kerstgedachte leek ook door te sijpelen in de titel van het coalitieakkoord tussen VVD, D66, CDA en ChristenUnie, dat de titel droeg: ”Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst” (15 december 2021). ”Omzien” is een christelijk basisprincipe, een grondhouding van iedere gelovige. Voor de liberale partijen in het kabinet appelleert het ongetwijfeld ook aan het ideaal van inclusiviteit: iedereen telt mee en iedereen doet mee.

De grote vraag is vervolgens: wie horen er bij het ”elkaar”, wie vormen een gezamenlijk ”wij”? Populair gezegd: wat voor samenleving willen we zijn met zijn allen? Dat is een essentiële politieke vraag die van tijd tot tijd expliciet beantwoord dient te worden.

Hier moest ik aan denken toen ik eerder deze maand een zorginstelling bezocht met onze lokale fractie. Het betrof een instelling voor mensen met een meervoudige handicap. We werden er ontvangen en rondgeleid door de ouders van één van hen. Het merendeel van de cliënten had een religieuze achtergrond, een aantal van hen een migratieachtergrond. Dit gegeven was te herleiden tot de missie en visie van de zorginstelling, die opereert vanuit een identiteitsgebonden ondersteuningsbehoefte. Dat meer cliënten in deze instelling christelijk of islamitisch waren, was dan ook geen verrassing. Toch deed het pijn om te horen dat steeds minder ouders kiezen voor een kind met een aangeboren afwijking. Buiten gelovige gezinnen worden kinderen met specifieke handicaps bijna niet meer geboren (denk bijvoorbeeld aan spina bifida, een open ruggetje). Dat heeft alles te maken met de maatschappelijke perceptie van leven met een (ernstige) beperking en de zorg die dit met zich meedraagt.

”Laat iedereen vrij, maar niemand vallen”, was de slogan van D66 afgelopen verkiezingscampagne. De vraag is echter of dat kán. Kunnen we werkelijk iedereen vrij laten en niemand laten vallen? Is de vrijheid van de één in heel concrete gevallen niet de uitsluiting van de ander? De liberale partijen in het kabinet willen de Embryowet graag verruimen, zodat het dragerschap van ernstige erfelijke ziekten (zoals hemofilie, Duchenne, Fabry) in specifieke gevallen voorkomen kan worden.

Sophie Hermans (VVD) liet zich afgelopen week in haar kaarten kijken: „Iedereen mag er van ons zijn, maar we kunnen –voor wie dat wil– de kwaliteit van leven van toekomstige generaties en de persoonlijke keuzevrijheid van ouders vergroten”. Het is de bekende liberale paradox: nooit wordt iets waardevols ingeleverd, men voegt –voor wie dat wil– alleen een optie toe aan het grote keuzemenu dat ”Het Leven” heet.

De auteur is politicoloog.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer