D66 en CU willen dat minister winst mondkapjesdeal terughaalt
De mondkapjesdeal tussen het ministerie van Volksgezondheid en Sywert van Lienden is een „deal die er nooit had moeten komen”, vindt D66-Kamerlid Wieke Paulusma. „Een groep mannen is gillend rijk geworden”, terwijl ze de schijn ophielden zonder winstoogmerk te werken. Minister Conny Helder (Langdurige Zorg) moet wat coalitiepartij D66 betreft „alles op alles zetten” om het „belastinggeld dat door het afvoerputje van deze deal gespoeld is, terug te vorderen.”
Dat wil ook coalitiegenoot ChristenUnie. De winst van Van Lienden en zijn kompanen is „excessief”, zei Mirjam Bikker. Ze wil van minister Helder weten welke civielrechtelijke en strafrechtelijke mogelijkheden de bewindsvrouw ziet „om dit geld terug te halen”. Van Lienden en zijn zakenpartners verdienden zo’n 30 miljoen euro aan de deal, die het ministerie van VWS 100 miljoen euro heeft gekost.
De druk om zo veel mogelijk mondkapjes te kopen was „te groot en de minister te gretig”, constateert Paulusma. Zij doelt daarbij op minister Hugo de Jonge, die in het vorige kabinet corona-minister was. Hij heeft een belangrijke rol gespeeld bij de totstandkoming van de deal, al blijft - ook na onderzoek door Deloitte - onduidelijk of het een doorslaggevende rol is geweest.
Wel is helder dat het ministerie van VWS druk heeft uitgeoefend op het Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) om met Van Lienden de deal te sluiten. Paulusma wil weten waarom de deal is gesloten, terwijl het LCH die ontraadde. Dat wil ook de ChristenUnie. „De deal is te lang verdedigd, er blijft veel schimmig en dat blijft schuren”, zei Bikker over de „lelijke, schimmige deal” met „misleidende types”.
Die deal maakt duidelijk hoe belangrijk contacten kunnen zijn, zei Bikker. Daar is volgens haar op zich niets mis mee „maar mijn indruk is dat - om een succesvolle deal te sluiten - er vanuit VWS extra hard is gelopen omdat het om een publieke en politiek bekend persoon ging.” Zij doelt daarbij op Van Lienden. Wat haar betreft moet de tegenspraak vanuit de politieke top tegen een minister versterkt worden.