Vredesakkoord voor Zuid-Sudan ondertekend
De Sudanese regering en de rebellenbeweging SPLA hebben zondag in Nairobi, Kenia, een vredesakkoord ondertekend dat een eind moet maken aan de burgeroorlog die al twintig jaar gaande is in het zuiden van Sudan. Vice-president Ali Osman Mohammed Taha zette zijn handtekening namens de regering. SPLA-leider John Garang deed dat namens de rebellen.
„Ons volk heeft het bittere leed van de oorlog ervaren. Vrede zal ons land overvloed brengen”, zei de Sudanese president Omar al-Bashir. „Het is niet alleen een vredesverdrag tussen de rebellen en de regering”, zei hij, maar „een nieuw contract voor alle Sudanezen.” Garang zei dat het verdrag voor het eerst onafhankelijkheid biedt aan alle Sudanezen en Sudan verandert in een land waar alle rassen, etnische groepen en godsdiensten gelijk zijn.
Behalve Al-Bashir woonden negen andere Afrikaanse leiders de ondertekeningsplechtigheid bij, onder wie de Nigeriaanse president en voorzitter van de Afrikaanse Unie Olusegun Obasanjo en de secretaris-generaal van de Arabische Liga, Amre Moussa.
De onderhandelingen tussen de regering en de SPLA hebben twee jaar geduurd. Al die tijd hebben de partijen een bestand in acht genomen. De oorlog in het zuiden heeft aan meer dan 2 miljoen mensen het leven gekost. De meeste slachtoffers vielen door hongersnoden en ziekten die het gevolg waren van de oorlog. De rebellen streden voor meer autonomie en een groter aandeel in de welvaart voor het zuiden van Sudan, waar voornamelijk christenen en aanhangers van natuurgodsdiensten wonen. Het landsbestuur is in handen van moslims, die de meerderheid vormen in het rijkere noorden.
Na de ondertekening van het akkoord gingen in de zuidelijke stad Juba zo’n 10.000 mensen, vooral vrouwen, jubelend de straat op. Hand in hand hielden zij een processie om de stad ritueel te reinigen van de marteling en pijn van de voorbije oorlogsjaren. Voordat de processie op pad ging werden twee minuten stilte in acht genomen voor de slachtoffers van de oorlog.
„Als ik vandaag sterf, sterf ik in vrede, want we plachten te leven in een grote gevangenis, maar nu met het vredesverdrag is alles open, vooral ons hart”, zei Helda Gokunta (42), een conciërge van de universiteit van Juba. Net als veel andere zuiderlingen heeft de christelijke Gokunta veel te lijden gehad van de oorlog. Zij verloor haar ouders en een broer.
Het vredesakkoord voorziet onder andere in een nieuwe grondwet. De tien zuidelijke staten krijgen een seculier bestuur, terwijl het noorden wordt bestuurd volgens de islamitische wetgeving. De voormalige rebellen krijgen een aandeel van 30 procent in het landsbestuur en het zuiden krijgt autonomie. De olie-inkomsten uit het zuiden zullen voortaan gelijk tussen het noorden en het zuiden worden verdeeld. In 2011 wordt in het zuiden een referendum gehouden over onafhankelijkheid.
Gehoopt wordt dat het vredesakkoord ook de beëindiging zal bespoedigen van het conflict in de westelijke regio Darfur, waarbij in tien maanden tijd 70.000 doden zijn gevallen. Al-Bashir beloofde extra vaart te brengen in de onderhandelingen daarover. „We gaan met onze vredespartners samenwerken om te zorgen dat in elk deel van het land vrede heerst”, zei hij.
De Keniase president Mwai Kibaki, president Yoweri Museveni van Uganda, de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Colin Powell, de Italiaanse minister van Buitenlandse Zaken, Gianfranco Fini, en de Noorse minister van Internationale Ontwikkeling, Hilde Johnson, tekenden de overeenkomst als getuigen. „Dit is een veelbelovende dag voor de bevolking van Sudan, maar alleen als de beloften van vandaag worden nagekomen”, zei Powell.
De grote concessies die beide partijen hebben moeten doen en de problemen waar Sudan mee kampt na veertig van de afgelopen vijftig jaar in staat van oorlog te hebben verkeerd, zullen het uitermate moeilijk maken de vredesbeloften in te lossen. Dat geldt zeker zolang de vijandelijkheden in Darfur voortduren.
Een woordvoerster namens zes hulpverleningsorganisaties die in Sudan actief zijn, benadrukte dat een vredesverdrag waarin Darfur niet is opgenomen geen omvattend verdrag is. De komende zes maanden worden cruciaal voor het nu bereikte akkoord, zei zij.
De eerstvolgende stap wordt het voorleggen van het akkoord aan de parlementen in het noorden en zuiden. Daarna gaan onderhandelaars aan het werk om de interim-grondwet op te stellen die als basis moet dienen voor de uitvoering van het akkoord. Garang heeft gezegd dat de grondwet binnen drie maanden in werking moet treden.