Gezondheidsraad: proef met vroegere poeptest
Mensen van rond de vijftig zouden bij wijze van proef een poeptest voor het opsporen van darmkanker moeten kunnen doen. Nu krijgen mensen tussen de 55 en 75 elke twee jaar zo’n test (ongevraagd) in de bus. Door de proef wil de raad te weten komen of verlaging van de testleeftijd zin zou kunnen hebben en wat mogelijke nadelen zijn.
De darmkankertest, waarbij de doelgroep wat ontlasting kan insturen voor onderzoek naar eventuele sporen van kanker, werd vanaf 2014 stapsgewijs ingevoerd en bereikt sinds 2019 de gehele genoemde leeftijdsgroep. In 2021 werden door de test ruim 2700 kankergevallen opgespoord. In dat jaar werd de diagnose in totaal bij bijna 13.000 mensen gesteld.
Het bevolkingsonderzoek „lijkt effectief”, aldus de raad, al is het nog te vroeg om de beoogde daling in sterftecijfers door darmkanker echt aan te tonen. Het nut weegt volgens de raad echter op tegen de onnodige doorverwijzingen voor nader darmonderzoek en de dito belasting voor mensen die daarmee te maken krijgen.
KWF Kankerbestrijding is blij met de tussentijdse resultaten. „In 2021 zijn 2790 darmtumoren en 16.878 poliepen gevonden die anders hadden kunnen uitgroeien tot verder gevorderde kanker die dan pas aan het licht was gekomen.” Een vroegere proef lijkt de organisatie ook zeker zinvol. Ze had het zelf ook al voorgesteld, meldt ze. De raad wil overigens regionaal beginnen.
KWF wil ook onderzoeken financieren. „Door screening beter te kunnen aanbieden aan mensen die er echt baat bij hebben, hopen we bijvoorbeeld dat het aantal achteraf onnodige coloscopieën omlaag kan. Momenteel blijkt zo’n twee derde van de deelnemers die worden doorverwezen voor een coloscopie, geen poliep of tumor te hebben.” Een coloscopie in een vrij ingrijpend inwendig darmonderzoek.