Burgemeesters vrezen grotere kans op ongelukken met giftreinen
Er is onvoldoende zicht op welke gevaarlijke stoffen goederentreinen in de toekomst gaan vervoeren door de bebouwde kom. Dat zeggen de burgemeesters van Breda, Tilburg, Eindhoven en Dordrecht in een opiniestuk in de Volkskrant. „De risico’s zijn te groot, zeker nu er duizenden huizen bijgebouwd moeten worden.”
Veel van de woningen die gebouwd gaan worden, komen rond het spoor. Volgens de burgemeesters groeit de kans op een ongeval, omdat er steeds meer treinen met gevaarlijke stoffen over Brabants spoor gaan rijden. In de plannen van staatssecretaris Vivianne Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) staat dat het Rijk het toezicht daarop gaat versoepelen.
De burgemeesters schrijven dat de toekomst en toename van treinen die gevaarlijke stoffen vervoeren volledig buiten hun lokale invloed staat. „Het voorgenomen rijksbeleid betekent een oncontroleerbare toename van vervoer van gevaarlijke stoffen. Wij kunnen de veiligheid van onze inwoners zo onvoldoende waarborgen. En dat is onacceptabel.”
De burgemeesters willen dat „er zo min mogelijk giftreinen over ‘onze’ sporen rijden en dat de risicoplafonds overeind blijven staan, en waar mogelijk verscherpt worden”. Ook dringen ze er bij de Tweede Kamer en het kabinet op aan om alternatieven te overwegen, zoals meer gebruik maken van de Betuwelijn, die door minder dichtbevolkte steden gaat, of gevaarlijke stoffen vaker vervoeren over water. Op de lange termijn denken de burgemeesters aan vervoer door buisleidingen.
Onlangs drong de Brabantse commissaris van de Koning Ina Adema er in een brief aan de Tweede Kamer ook al op aan om voor die alternatieven te kiezen. Donderdag wordt in de Tweede Kamer gedebatteerd over de plannen.