Binnenland 14 september 2000

Per dag zeven kinderen slachtoffer van gevaarlijke stoffen in huis

Pas op voor giftige verleiders

Door E. van Dijkhuizen
AMSTERDAM – Heleen is de babykamer aan het verven. Annelies (2) kruipt rond. De telefoon gaat: Heleens vriendin uit Gouda. Het gesprek loopt, zoals altijd, uit. Intussen neemt Annelies een slok uit het bekertje met terpentine op de grond. Luid gekrijs. Heleen stormt het kamertje binnen. Te laat.

Elke dag moeten er zeven kinderen naar het ziekenhuis als gevolg van vergiftiging. Drie van hen mogen na eerste hulp naar huis, vier moeten langer blijven, bijvoorbeeld omdat de maag leeggepompt moet worden. Per jaar gaat het om zo'n 2800 slachtoffers, van wie er gemiddeld één overlijdt aan de vergiftiging. Het aantal blijft sinds 1994 stabiel.

Dit blijkt uit cijfers van de stichting Consument en Veiligheid in Amsterdam. Gisteren startte zij de campagne ”Pas op! Giftige verleiders”. De actie moet ouders met jonge kinderen wijzen op het risico van gevaarlijke spullen in huis: schoonmaakmiddelen, medicijnen, doe-het-zelfproducten, cosmetica, sterke drank en sigaretten.

De meeste vergiftigingen worden veroorzaakt door geneesmiddelen (39 procent), gevolgd door huishoudmiddelen en doe-het-zelfproducten (21 procent). Kinderen van een en twee jaar lopen het grootste risico. In de leeftijd tot vier jaar nemen kinderen 71 procent van het totaalaantal vergiftigingsongevallen voor hun rekening.

Bijna altijd, in 94 procent van de gevallen, als kinderen iets van een gevaarlijk goedje eten of drinken, is hun vader, moeder of een andere volwassene in de buurt. Maar deze is vaak net even afgeleid door de telefoon, de deurbel, of het is 'spitsuur' in het gezin.

In driekwart van de gevallen staat het gevaarlijke product tijdens het ongeval niet op de gebruikelijke plek: de wc-eend bevindt zich naast de pot in plaats van in het keukenkastje, de slaappillen liggen op het nachtkastje in plaats van in het medicijnkastje en de verfverdunner staat op de grond in plaats van hoog op de plank.

Net limonade
De campagne van Consument en Veiligheid wil laten zien hoe lekker giftige en gevaarlijke stoffen er in de ogen van kinderen uitzien. Een beker met oranjegekleurde terpentine lijkt net limonade en een slaappil heeft veel weg van een snoepje. Het verschil wordt pas na gebruik duidelijk, maar dan is het te laat.

Via televisiespots, advertenties in de bladen Ouders van Nu, Kinderen en Groter Groeien en folders op consultatiebureaus worden ouders en verzorgers van jonge kinderen (0 tot 4 jaar) opgeroepen beter op giftige producten in hun huis te letten. Ook krijgen ze informatie over wat ze moeten doen als het toch fout gaat.

Consument en Veiligheid heeft daarvoor een gifkaart met tips gemaakt. Een willekeurige greep: zorg voor voldoende Norit en laxeermiddel in huis, bel altijd de huisarts; als het kind naar het ziekenhuis moet, neem dan het restant of de verpakking van het giftige product mee.

De gifkaart, ook leverbaar in het Turks en Marokkaans, wordt via de consultatiebureaus verspreid. Er zijn 200.000 exemplaren beschikbaar, net zoveel als het gemiddelde aantal geboorten per jaar. Ouders met een internetaansluiting kunnen de informatie vanavond al op www.gifgevaar.nl bekijken.

In 1986 en 1989 zijn twee wetten ingevoerd die fabrikanten van medicijnen en chemicaliën verplichten hun producten te voorzien van kindvriendelijke verpakkingen en sluitingen. „Dat had tot gevolg dat het aantal vergiftigingsongevallen tot 1994 fors daalde”, vertelt Cilia Knols, voorlichter van Consument en Veiligheid. „Daarna is het aantal stabiel gebleven. We willen nu met onze campagne graag de volgende stap maken, namelijk dat ouders alerter worden als ze met gevaarlijke producten bezig zijn. Concreet: Eerst die terpentine hoog wegzetten voordat je de telefoon opneemt.”

Zwaar letsel
Dat 1640 slachtoffers van vergiftiging langer in het ziekenhuis moeten blijven en 1200 na behandeling direct weer naar huis mogen, geeft aan, aldus Cilia Knols, dat het in veel gevallen om „zwaar letsel” gaat.

De campagne van Consument en Veiligheid krijgt een goed onthaal bij de commerciële en regionale omroepen, aldus Knols. „Zij hebben zich bereid verklaard onze spotjes gedurende anderhalf jaar als stopper uit te zenden. Dat houdt in dat wij op de buis komen in niet-verkochte zendtijd. Een andere mogelijkheid hebben we niet, want we zijn een arme stichting.” Minder te spreken is ze over de publieke omroepen. „Die hebben allemaal nee gezegd.”

Consument en Veiligheid heeft nog twee acties in petto. Samen met het Wetenschappelijk Instituut Nederlandse Apothekers maakt ze een folder over vergiftiging van kinderen door overmatig medicijngebruik. Met Intratuin voert de stichting een actie, volgend voorjaar, rond kindvriendelijke tuinen, waarbij het vooral zal gaan over het voorkomen van vergiftiging door planten en bestrijdingsmiddelen. Alle acties maken deel uit van de meerjarencampagne ”Laat je niet verrassen”.